De digitale revolutie telt winnaars en verliezers. In De Winnaarseconomie analyseert Koen De Leus, hoofdeconoom van BNP Paribas Fortis de maatschappelijke gevolgen van de digitale revolutie: wie niet mee is, dreigt uit de boot te vallen. Terwijl het volgens hem het allerbelangrijkste is dat we iedereen meekrijgen. Aan Bloovi-schrijver Mischa Verheijden vertelde de hoofdeconoom hoe we dat moeten doen.

In een wereld zonder geografische grenzen geldt het principe van de ‘winnaarseconomie’: de beste bedrijven en de grootste talenten gaan aan de haal met het overgrote deel van de opbrengsten, de rest verdeelt kruimels.

"

De winnaarseconomie telt dus vooral veel verliezers. Niet meteen een boek om vrolijk van te worden, al schetst de hoofdeconoom van BNP Paribas Fortis ook hoop door in de ondertitel te stellen dat de digitale revolutie naast uitdagingen ook kansen biedt.

Koen: “Het positieve van de digitale revolutie is dat er vroeg of laat productiviteit uit voortkomt wat ons in staat moet stellen om onze welvaart verder op te krikken. Van de demografie zal dat niet meer komen: de westerse bevolking neemt af en in Vlaanderen is tegenwoordig ook al de arbeidsbevolking aan het dalen.

Het belang van de digitale revolutie zit hem dus vooral in de productiviteit. Productiviteit is niet alles, maar wel bijna alles. Dat heeft Paul Krugman al gezegd, maar ook andere economen zeggen dat productiviteit het belangrijkste is wat er is. Omdat het bijdraagt aan onze welvaart. Omdat het bijdraagt aan de financiering van onze sociale zekerheid."

Het positieve van de digitale revolutie is dat er vroeg of laat productiviteit uit voortkomt wat ons in staat moet stellen om onze welvaart verder op te krikken

Dan komt natuurlijk de vraag en dat is de grote uitdaging: de productiviteitsgroei en de winsten die die digitaliteit voortbrengt, worden die eerlijk verdeeld? Nee.

"De laatste 25 jaar hebben we gezien dat de opbrengsten van de stijgende productiviteit niet eerlijk zijn verdeeld. We moeten ons daar zeer bewust van zijn.”

Sterk overheidsingrijpen nodig

Koen: “In 'De limieten van de markt' schrijft Paul De Grauwe over de slingerbeweging tussen overheid en kapitalisme. Vandaag zitten we in een slingerbeweging waarbij het kapitalisme toch wel heel zwaar aan het doordraaien is.

Ik ben geen socialist, ik ben duidelijk kapitalist, liberaal, alles wat je wil, maar als je kijkt wie vandaag alle voordelen van de digitaliteit naar zich toe trekken, zijn het de grote technologiebedrijven. En daar moeten we toch wel een beetje voor opletten, omdat je daar vroeg of laat een geweldige tegenbeweging krijgt.

Mijn boek is om mensen wakker te schudden en te waarschuwen. Ik hoop dat het bijdraagt om het digitaal bewustwordingsproces te versnellen. In de eerste plaats bij burgers, in de tweede plaats bij politici en bedrijven. Want zoals het nu gaat, gaan we recht op de afgrond af."

Vandaag zitten we in een slingerbeweging waarbij het kapitalisme toch wel heel zwaar aan het doordraaien is.

Er is vandaag een sterker overheidsingrijpen nodig om heel die digitalisering in goede banen te leiden.

"Ten eerste door op te passen met die monopolies. Je moet monopolies vandaag op een andere manier definiëren dan vroeger. Je hebt vandaag datamonopolies in plaats van marktmonopolies.”

Levenslang leren is noodzaak

Koen: “Ten tweede denk ik dat het allerbelangrijkste is dat we iedereen meekrijgen. Dat mensen zich bewust worden dat als gevolg van die digitale revolutie, de online economie, sharing economy, artificiële intelligentie en het internet of things, de snelle transformatie van bedrijven met allemaal nieuwe bedrijfsmodellen die er ongetwijfeld binnen dit en vijf jaar komen, levenslang leren een noodzaak is.

Die constante opleiding is absoluut nodig en daarmee staan we in België nergens. Waardoor heel wat mensen vroeg of laat niet meer kunnen volgen. De overheid moet dat levenslang leren promoten en moet daar zo snel mogelijk aan beginnen."

Veel vijftigers bij de banken zeggen dat ze geen opleidingen meer hoeven volgen, omdat het hun tijd wel zal duren. En zo zijn er zoveel mensen in België. Die mentaliteit moet eruit. Want het zal je tijd niet duren.

Als je geen geschoold personeel hebt en je die jobs niet kan invullen, dan hink je gewoon achterop

"Het World Economic Forum zegt dat tegen 2020 gemiddeld 35% van de skills die je nodig hebt voor jouw job veranderd zijn. Dat is binnen drie jaar, dus je moet daarin mee.

En dan is er altijd de grote vraag: gaan robots onze jobs overnemen? Je hebt de studie van Frey en Osborne die stelt dat 47% van de jobs verloren gaat.

Ik denk dat de OESO gelijk krijgt en dat het taken van een job zijn die gaan verdwijnen. Als je het zo ziet, dan gaan in België 7% van de jobs verdwijnen of volledig automatiseerbaar zijn. Verder gaan we naar cobots: robots die met ons gaan samenwerken.”

Onderwijsaanbod moet ook veranderen

In het verleden beende de volgende generatie steeds de machines bij. Die aanpassing moet deze keer binnen één generatie plaatsvinden, zo stelt Koen De Leus vast.

Koen: “Ik denk dat we vele malen sneller zullen moeten schakelen, dan we vandaag doen en in de voorbije 50 jaar hebben gedaan.

Maar ons onderwijs is vandaag niet gericht op die digitale revolutie. Je moet al de dingen die ze later moeten gebruiken nu al in het onderwijs opnemen. IT en digitaliteit in het onderwijs laten beleven.

Die digitalisatie verandert gewoon alles en dus zou heel het onderwijsaanbod ook moeten veranderen. Er zijn natuurlijk basisdingen die je moet kunnen, laat dat vooral duidelijk zijn.

De Europese Commissie verwacht nu al dat we voor 2020 een tekort van bijna één miljoen IT’ers hebben. Dat wil zeggen dat we ons groeipotentieel heel zwaar schade toedoen

Maar daarrond zijn er zoveel nieuwe technieken die ontwikkeld moeten worden en die vandaag binnen het onderwijs volledig niet op de radar staan. Zo is er al heel veel vraag naar artificiële intelligentie. Maar het aanbod is er nog niet."

We moeten kijken naar welke jobs er verdwijnen en wat de jobs van de toekomst zijn om dan te bepalen welke vaardigheden mensen daarvoor nodig hebben. Universiteiten moeten daarmee aan de slag gaan om zo snel mogelijk die opleidingen te voorzien, anders gaan we een groot tekort hebben.

"De Europese Commissie verwacht nu al dat we voor 2020 een tekort van bijna één miljoen IT’ers hebben. Dat wil zeggen dat we ons groeipotentieel heel zwaar schade toedoen. Als je geen geschoold personeel hebt en je die jobs niet kan invullen, dan hink je gewoon achterop."

De continenten die het levenslang leren zo snel mogelijk op de sporen krijgen, gaan de digitale veldslag winnen. Dat denk ik. En daar hebben we nog een gigantische verandering voor de boeg. Dat is duidelijk.

Zonder eengemaakte Europese digitale markt reddeloos verloren

Daarom roept Koen ook op Europees niveau om politieke daadkracht. ‘Digitaal sloopt alle grenzen. Willen we onze plaats innemen aan de digitale en technologische wereldtop, dan is er nood aan meer integratie’, zo schrijft hij in 'De Winnaarseconomie' en stelt dat 'Europa zonder eengemaakte diensten-, kapitaal- en bankenmarkt een verloren strijd levert’.

Die eengemaakte markt is niet realistisch in de huidige politieke context, stel ik en haal Yanis Varoufakis aan. In een interview met De Morgen vertelt de voormalige minister van financiën in Griekenland: "Wat me telkens weer opviel, was dat we op het moment van de eindbeslissing in een sfeer terechtkwamen waar geen democratische of economische regels meer golden maar wel de wetten van een deep establishment dat vertakkingen heeft met de financiële wereld. Alles werd gedicteerd door een obscure logica die lang geheim bleef: het Griekse besparingsplan was in feite een reddingsplan voor enkele Franse en Duitse banken die aan Griekenland zware leningen hadden verstrekt."

Digitaal sloopt alle grenzen. Willen we onze plaats innemen aan de digitale en technologische wereldtop, dan is er nood aan meer integratie

Koen: “Wat Varoufakis daar zegt, zegt hij voor zijn rekening, maar ik denk dat in heel die schuldencrisis maatregelen zijn genomen die inderdaad toelaten om heel wat Duitse banken te redden.

Dat is duidelijk.

Maar als we kijken hoe ver we al zijn gekomen met die bankenunie denk ik dat het mogelijk moet zijn. Het enige wat we vandaag nog niet hebben, is een gemeenschappelijk depositosysteem. Een keer dat dat er komt, is er een Europese bankenunie. Ik denk dat dat wel in orde komt.

Als we zo kleingeestig blijven doen en constant onder onze eigen kerktoren blijven leven, zijn we reddeloos verloren. Zeker in de digitale wereld.

Wat we in Europa vooral nodig hebben, is een gemeenschappelijke digitale- en dienstenmarkt. Zonder eengemaakte digitale en dienstenmarkt staan we machteloos tegenover de Verenigde Staten, en zeker ook China."

China is één markt met 1,2 miljard klanten. De Verenigde Staten: één markt, 400 miljoen klanten. En België: één markt, 10 miljoen klanten. Wil jij in Duitsland een bedrijf starten, moet jij persoonlijk naar Duitsland om daar een bankrekening te openen. Belachelijk natuurlijk.

"Het probleem is dat nationale belangen nog een veel te grote macht hebben ten opzichte van het Europees belang.

Maar als we zo kleingeestig blijven doen en constant onder onze eigen kerktoren blijven leven, zijn we reddeloos verloren. Zeker in de digitale wereld, maar bijvoorbeeld ook voor het klimaat en andere zaken waar je als individueel land geen antwoorden op kan bieden.”

Evolutie of revolutie

Maar zijn het niet juist de wetten van dat deep establishment waar Varoufakis over spreekt, die dit tegenhouden en de huidige situatie in stand houden. Of ziet Koen net als hoogleraar transitiekunde Jan Rotmans dat we in een revolutionair tijdperk leven, waarin de bestaande orde wankelt en de economie, maatschappij en machtsverhoudingen kantelen?

Koen: “Ik ben het er inderdaad mee eens dat er een maatschappelijke kanteling aan het gebeuren is. Er is een scheeftrekking en je ziet dat er alsmaar meer mensen uit de boot vallen en dat daar nu een reactie op komt.

Het economisch model dat de voorbije zestig jaar gediend heeft nog altijd nuttig zijn, maar dan moeten er onderliggend wel aanpassingen gebeuren.

Waarom heeft dat zo lang geduurd? Omdat de europarlementariërs gewoon herkozen werden. Maar nu niet meer en in die zin begint het nu ook bij hen pijn te doen en beseffen ze dat ze effectief iets moeten doen aan wat er aan het scheefgroeien is."

Er zijn twee mogelijkheden: ofwel reageren we daarop en zorgen we dat dat een evolutie wordt. Ofwel doen we daar niks aan, en dan gaan we effectief wel een revolutie krijgen.

"Nu, economisch weet ik niet of er echt zo’n ommezwaai is. Ok, we zitten met een lage economische groei als gevolg van die demografische problemen. Dus dat gaat serieus uitdagend zijn.

Ik denk dat het economisch model dat de voorbije zestig jaar gediend heeft nog altijd kan dienen, maar dat er onderliggend wel aanpassingen moeten zijn, zodat we iedereen mee krijgen."

Een stuk van de verantwoordelijkheid ligt ook bij bedrijven, die hun werknemers dat levenslang leren moeten aanbieden.

Daar is natuurlijk het antwoord van de politici cruciaal, hoe gaan zij hier op inspelen? Zien zij in dat het zo niet verder kan? Ik denk het wel. En ik denk dat de meesten ook wel zien dat de ongelijkheid zo’n hoog niveau heeft bereikt en dat ze daar iets aan moeten doen.

Inkomensongelijkheid terug in verhouding brengen

Koen: “We zullen grote stappen moeten zetten, om die inkomensongelijkheid toch terug een klein beetje in verhouding te brengen.

Een stuk van die verantwoordelijkheid ligt ook bij de bedrijven, die hun werknemers dat levenslang leren moeten aanbieden. Een van de voorstellen die ik in mijn boek doe: wanneer een bedrijf mensen ontslaat die nooit een opleiding hebben kunnen volgen, moet je dat bedrijf een boete geven. Zodat bedrijven beseffen dat ze een verplichting hebben tegenover de maatschappij om werknemers blijvend op te leiden. Liefst in samenwerking met de overheid.

Ook mensen zelf moeten hun verantwoordelijkheid nemen om mee te zijn. Ik denk dat we vandaag in een maatschappij zitten waarbij de burgers veel te veel zeggen: ‘de overheid zal wel voor ons zorgen als het verkeerd gaat’. Je moet zelf ook zien dat je nog altijd mee kan en productief kan bijdragen aan de maatschappij."

Iedereen heeft capaciteiten. Ik zeg niet dat iedereen moet leven om te werken. Er zijn ook mensen die werken om te leven, en ik heb daar ook geen probleem mee. Maar werk houdt je wel scherp, het zorgt er wel voor dat je een vol leven hebt.

"Als je een passie hebt voor tuinbouw of ik weet niet wat, en je zit hier bij de bank. School u om tot tuinbouwer. Niemand heeft gezegd dat je één carrière moet hebben. Ik denk dat we in de toekomst naar meerdere carrières moeten gaan. Ook daar moet de overheid ervoor zorgen dat die mogelijkheid kan bestaan.

Vandaag in een maatschappij zitten waarbij de burgers veel te veel zeggen: ‘de overheid zal wel voor ons zorgen als het verkeerd gaat.

Laten we duidelijk zijn: dat is geen pleidooi voor basisinkomen. Ik denk dat we vandaag een sociaal zekerheidsstelsel hebben dat goed werkt. Dat voorlopig nog betaalbaar is. In die zin zie ik niet waarom we naar een basisinkomen zouden gaan. Een basisinkomen is niet nodig en niet betaalbaar.”

Beter leven of economische groei

De hoofdeconoom interviewde voor zijn boek vele topondernemers en beleidsmakers in binnen- en buitenland, waaronder Google’s hoofdeconoom Hal Varian. Hij vertelde je dat ‘technologie voor een beter leven zorgt, niet voor economische groei’.

Moeten we welvaart dan niet gewoon opnieuw definiëren of juist ons welzijn vergroten?

Koen: “Ik denk dat productiviteit nog altijd een hele belangrijke maatstaf is. Nu natuurlijk zijn er andere manieren om te bekijken hoe goed we vooruitgaan in ons leven. En misschien heb je daar een punt, dat we zeggen: ‘ok, we moeten niet kost wat kost die productiviteit in economische groeicijfers zien.'

Niemand heeft gezegd dat je één carrière moet hebben. Ik denk dat we in de toekomst naar meerdere carrières moeten gaan.

Misschien is het ook zo dat we binnen dit en 20 jaar allemaal een veel beter leven hebben, ondanks het feit dat we amper gegroeid zijn, maar hebben we door al die nieuwe technologieën wel heel veel, wat ik noem, consumentensurplus gecreëerd. Dat we veel bijna gratis producten hebben gekregen die ons gemak en levensgenot geweldig de hoogte hebben ingeduwd.

"Dat ga je natuurlijk niet zien in economische groei, maar als mens word je er wel rijker van.”

De Winnaarseconomie van Koen De Leus is verschenen bij Lannoo