Arne Vandendriessche, CEO van Signpost
Elke leerling een laptop. Ook al nemen de aantallen snel toe, de digitalisering van onze scholen is daarmee nog niet compleet. Want een computer geeft geen les en maakt geen inhoud. “Devices hebben het meeste nut als ook de content op niveau is”, zegt Arne Vandendriessche, CEO van Signpost dat Belgisch marktleider is voor IT-oplossingen in het onderwijs. “Slimme platformen kunnen de algemene kwaliteit van het onderwijs spectaculair doen stijgen.”
Een foto van een klas uit de jaren 1800. Twintig bankjes, kolenkachel in het midden en een leraar die vooraan met krijt op het bord schrijft. Amusant hoe weinig een klasfoto van een vijftal jaar geleden verschilt van dat beeld, vindt Arne Vandendriessche van Signpost.
“In die tweehonderd en-nog-wat jaar tijd veranderde er eigenlijk niet zo veel, hoogstens werd het krijtbord vervangen door een smart board. Maar maak je de vergelijking met een foto anno 2020, dan zie je opeens een heel andere opstelling: kleine groepjes zijn aan het werk in de klas, de leraar loopt rond en geeft één-op-één begeleiding, meer en meer hoort daar ook een eigen schermpje per leerling bij.”
400.000 laptops
We zitten – as we speak – in het midden van een revolutie, stelt Vandendriessche. Binnen vijf jaar vanaf nu verwacht hij dat elke middelbare school in Vlaanderen haar leerlingen les zal laten volgen via tablets en laptops. “Dat betekent dat er voor de ongeveer 400.000 secundaire leerlingen in Vlaanderen evenveel persoonlijke laptops aanwezig zullen zijn in onze scholen. Een enorme boost zal dat zijn voor de digitalisering van ons onderwijs!”
Signpost, marktleider in België voor het leveren van computers en IT-diensten aan het onderwijs, zag hoe Vlaamse scholen vijf jaar geleden schoorvoetend de eerste laptops in de klas begonnen toe te laten. Op 1 september van volgend schooljaar zal het technologiebedrijf meer dan 260 scholen bedienen met IT-oplossingen. Dat Vlaanderen achterop hinkt in de digitalisering van het onderwijs, wil de CEO niet gezegd hebben.
“Ik zou zelfs durven stellen dat we in de kopgroep zitten, voorafgegaan misschien door de noordelijke landen in Europa. Maar digitalisering gaat over veel meer dan computers alleen. Een laptop of tablet is in feite niets anders dan een drager van inhoud, een boek waarbij niet de kaft telt, maar wel wat erin staat. Devices hebben het meeste nut als ook de content op niveau is.”
De boot gemist
Die digitale content heeft de voorbije jaren veel aan kwaliteit gewonnen, vindt Vandendriessche. Daardoor heeft ook de aanschaf van devices in het onderwijs veel meer zin gekregen. “De grote bottleneck was tot voor kort dat geen enkele klassieke uitgeverij de aangepaste content voorzag om op de juiste pedagogische manier met laptops aan de slag te gaan in de klas. Een ongemakkelijke waarheid? Een aantal grote uitgeverijen verdient nog altijd veel geld met het drukken van papier”, verduidelijkt hij.
“Een zeer kwalijke methode die de laatste tien jaar bijvoorbeeld opgang maakte, is die van de invulboeken. Koop, vul in, smijt weg. Totaal anti-deze tijd. Waarom wordt dat soort boeken dan gemaakt? Puur omdat ze telkens opnieuw herdrukt kunnen worden. Een gemiddelde boekenfactuur voor een leerling secundair onderwijs bedraagt jaarlijks 300 euro. Voor de helft van het geld kan je een laptop huren, met de software en content erop geïnstalleerd.”
Sinds twee jaar legt Signpost zich als IT-partner ook zelf toe op de creatie van digitale content. “Auteurs, meestal leerkrachten met een lange ervaring in het onderwijs, schrijven op basis van de eindtermen een boek. Daarin verschilt een digitaal handboek weinig van de papieren versie. Naast content biedt ons virtueel platform allerhande tools om interactief te leren, oefeningen te maken, extra materiaal te koppelen aan een hoofdstuk of verbanden te leggen tussen de verschillende vakken.”
Je moet leerlingen niet constant op een scherm laten kijken. Wat belangrijk is, is dat je met die digitale tools veel gerichter individuele leerpaden kan ontwikkelen
Devices, internet of digitalisering zijn enkel een middel om onderwijs te geven, benadrukt Vandendriessche. “Het gaat voornamelijk over: hoe kan je ervoor zorgen dat leerlingen beter onderwijs kunnen genieten? Natuurlijk behoudt het plenaire gedeelte in de klas zijn waarde. Het is zoeken naar een goed evenwicht tussen wat je als leerkracht ex cathedra doceert, wat je klassikaal bespreekt of wat je elke leerling apart laat doen. Je moet leerlingen niet constant op een scherm laten kijken. Elke school en leraar heeft daar zijn eigen verantwoordelijkheid in. Wat belangrijk is, is dat je met die digitale tools veel gerichter individuele leerpaden kan ontwikkelen.”
Digitaal differentiëren
Slimme platformen kunnen de algemene kwaliteit van het onderwijs enorm doen stijgen, klinkt het. En wel door maatwerk te bieden voor gedifferentieerde leerstijlen. “De doelstelling van onze eigen digitale methode is ervoor te zorgen dat leerlingen intellectueel worden uitgedaagd, maar ook sneller ondersteuning kunnen krijgen wanneer ze daar nood aan hebben”, verklaart Arne Vandendriessche zich nader. “Wat er vandaag gebeurt in ons onderwijs, is dat we iets te vaak naar beneden kijken. Als er vijf leerlingen in de klas het moeilijk hebben, dan gaan we het tempo ook voor de vijftien anderen vertragen. Of omgekeerd: als vijf leerlingen sneller willen gaan, dan zetten we daar soms onwillekeurig een rem op, want de rest van de klas moet ook mee zijn.”
“Waarom zou je laptops in de klas niet gebruiken om sterke leerlingen te laten excelleren in een vak? Of om zwakkere leerlingen beter te ondersteunen met aangepaste oefeningen? Daar ligt ook voor ons nog boeiend, onontgonnen terrein. We zien nog veel meer kansen om onze platformen te voeden met slimme algoritmen. Of een oefening correct of fout is ingevuld, kan ons platform perfect zeggen, maar het wordt pas echt interessant als het ook gaat herkennen: ‘Ah, ik heb nu een student voor me die snel mee is met wiskunde, ik zal hem of haar automatisch wat moeilijkere oefeningen geven’. Op die manier creëer je op kortere termijn veel slimmere leerlingen.”
Modern onderwijs, moderne tools
Moderne tools inzetten in de klas is misschien ook gewoon wel een must als je op een hedendaagse manier wil lesgeven, klinkt de bedenking. “Leerlingen vinden het thuis zo vanzelfsprekend om bezig te zijn op hun tablets en iPads. Dan is het toch een beetje vreemd als ze in de klas nog een stylo moeten vastpakken? Wanneer die jongeren later aan de slag gaan in een bedrijf zullen ze ook met allerlei digitale middelen en applicaties moeten werken. Als IT-provider kunnen we de kloof tussen de schoolbanken en het professionele leven alleen maar proberen te verkleinen.”
Leerlingen vinden het thuis zo vanzelfsprekend om bezig te zijn op hun tablets en iPads. Dan is het toch een beetje vreemd als ze in de klas nog een stylo moeten vastpakken?
“Op ons Academic Software Platform, een soort Netflix voor software, vinden leerlingen van het hoger onderwijs alle programma’s die ze nodig hebben om in hun studierichting een diploma te behalen; algemene software als Office of Adobe, maar bijvoorbeeld ook tekenprogramma’s voor toekomstige ingenieurs of voedingsprogramma’s voor diëtisten in opleiding. Scholen hoeven al die programma’s niet meer aan te kopen of up to date te houden, dat doen wij voor hen. Zo kunnen zij zich focussen op hun kerntaak: het geven van kwaliteitsvol onderwijs. En dat werkt, want ons platform telt reeds 350.000 gebruikers in drie landen.”
“Op zich is het ook wel een beetje verwonderlijk hoe studenten hun software vroeger gewoon vrij – al dan niet illegaal – konden downloaden”, merkt Vandendriessche op. “Als onderwijsinstelling probeer je leerlingen het belang van digitale privacy en intellectual property aan het verstand te brengen. Dan is het toch gek om te zeggen: ‘Maar trek nu zelf maar je plan voor alle software die je bij ons nodig hebt?’”
Naar het buitenland
De omzet van Signpost, marktleider voor IT in het Belgisch onderwijs, steeg de voorbije jaren telkens met de helft, tot op een kleine 40 miljoen euro vandaag. Onlangs haalde het bedrijf extra kapitaal op om de buitenlandse expansie te versnellen. “Leveranciers als Microsoft, Adobe, Avid, Sketch, Pluralsight,… vertelden ons dat de specifieke focus die wij als IT-bedrijf hebben op het onderwijs eigenlijk uniek is in Europa. Zij zagen alle kansen voor onze onderneming om ook internationaal succesvol te zijn. Daar zetten we met deze kapitaalsverhoging dan ook op in. Op dit moment ondersteunen we al een vijftigtal scholen in Parijs met onze diensten. Ook in Valencia en München maken we inmiddels mooie omzetcijfers.”
Bij het buitenlands verhaal van Signpost staat Made in Flanders mooi op het visitekaartje, erkent Vandendriessche. “Vlaanderen heeft toch nog altijd een erg goede naam wat onderwijs betreft. Het onderzoek aan onze universiteiten is met name een exportproduct om trots op te zijn. Als wij ons in het buitenland presenteren met een digitaal recept dat gesmaakt wordt in het Vlaamse onderwijs, dan gaat de deur graag voor ons open.”