Het gebeurt niet vaak dat ik in m’n pen kruip uit frustratie, maar dit is zo’n moment. Sinds jaren beschouw ik het als mijn ondernemende plicht om stageplaatsen aan te bieden en een mentorrol op te nemen voor enkele beloftevolle studenten. Het is zó waardevol om jong talent die eerste stappen te helpen zetten in de arbeidsmarkt. Die brok ruwe klei te kneden, die jaren later te zien uitgroeien naar een succesvolle carrière, en weten dat je daar misschien wel de vonk aan de lont hebt helpen leggen. Het is super dat scholen inzetten op stage ervaringen maar wat me onlangs overkwam, botst op mijn bovengrens van ondernemend onbegrip.
It’s all about mindset
Een stage draait om observeren en absorberen, maar ook grenzen verleggen en jezelf leren kennen. Daarom maak ik er een punt van om stagiairs die met mij meelopen steeds in de diepe kant van het zwembad te gooien, met plat gestoken zwembandjes en zonder opblaaskrokodil om zich aan vast te klampen.
Ik heb het dan niet alleen over uitdagende taken die een momentje van interne paniek veroorzaken, vooral ga ik op zoek naar richting voor de stagiair. Als een stagiair na zijn stageperiode meer inzicht heeft over wat hij of zij wil in het leven, in zijn of haar carrière, en wat zéker niet, dan is mijn missie als mentor volbracht. De moeilijkste opgave in dit leven is voor jezelf uitmaken wat je wil, wat je focus en je doelen zijn. Zelfkennis noemt men dat. Ik zie het als de taak van scholen om hun studenten vooral bij dat specifieke inzicht te helpen.
De hoofdprijs
Zoals elk jaar krijg ik vele aanvragen, challenge ik de stagiairs op hun ‘wil ik dit wel écht’ attitude en kies ik de meest gemotiveerde exemplaren uit. De hoofdprijs? Enkele maanden meelopen met yours truly. Niet dat ik hoog van de toren wil blazen, maar ik mag toch wel met enige overtuiging zeggen dat dit een niet alledaagse kans is.
In mijn carrière als (nog steeds) jonge ondernemer (37 jaar) bouwde ik mijn eerste bedrijf uit - marketing en consultancy bureau nmg - tot een stevige kmo met meer dan 20 medewerkers, een miljoenenomzet en heel wat awards. Als adviseur werkte ik succesvolle strategieën uit voor honderden bedrijven. Later verkocht ik een meerderheidsparticipatie van mijn eerste bedrijf en werd ik actief als angel investor waar ik onder andere in een ander bedrijf (Glowbus) een internationalisering op poten zette die het merk liet groeien naar een afzetmarkt in 25 landen en 4 continenten, in minder dan 6 maanden.
Ik schreef een boek ‘Van zelfstandige naar ondernemer in 15 uitdagingen’ waarvan inmiddels enkele duizenden exemplaren over de toonbank gingen en meermaals per jaar sta ik on stage voor enkele honderden ondernemers tijdens seminars rond ondernemerschap, marketing en bedrijfscultuur. Maar genoeg over mezelf. Je komt niet bij mij stage lopen om enveloppen dicht te plakken. Point made.
So what happened?
Ik maakte mijn keuze voor een jonge, gemotiveerde Nederlandse student in de richting ‘International Business’ aan een Economische Hogeschool wiens naam ik uit respect niet ga vermelden. Hij, ik noem hem Jan in dit artikel, zou een internationaal onderzoek helpen maken naar de afzetmarkt voor een start-up waarin ik als angel investor participeer. Na een wederzijdse instemming tussen mijzelf en Jan kreeg ik een klepper van een checklist met stagecriteria onder mijn neus geschoven, die we volledig konden afvinken op 1 punt na: de organisatie die de stage verstrekt, moet minimum 10 medewerkers op de payroll hebben.
Omdat deze organisatie 6 maanden geleden is opgestart – weliswaar internationaal actief is in heel wat landen met een goede kapitaalreserve en inmiddels een positieve winstmarge van +30% - wordt vooral met externe toeleveranciers en interim krachten gewerkt om flexibel te kunnen omgaan met loonkosten.
Mijn eigen managementvennootschap waarin ik de stagiair ook kon inschrijven, beschikt evenmin over ‘mensen op de payroll’. Alle argumentatie over de stabiliteit en waarde van deze stageplaats ten spijt, inclusief de vurige pleidooien door Jan, werd het een ‘no go’ van de stagecommissie. Het paste niet in de Excel, dus oei-oei, drama alom.
Uiteindelijk vonden we een omweg door de student dan maar in te schrijven op een ander bedrijf waarin ik participeer en die wél meer dan 10 mensen op de payroll heeft staan. Het onderzoek zou evenzeer vanuit die firma kunnen gebeuren waarbij de andere firma een zogeheten klant van deze organisatie is. Opgelost en vooruit… of nee. Toch niet.
Even later werd het dossier opnieuw afgewezen. De reden deze keer? België is een oranje gebied en de school liet reizen niet toe. Omwille van slechts twee opvolggesprekjes ter plaatse – want de rest kon sowieso perfect vanop afstand - werd de stageplaats opnieuw afgewezen! Are you f*cking kidding me? In de bedrijven waarin ik participeer, werkt iedereen al 18 maanden van thuis uit, bouwde ik zelf een internationaal distributienetwerk uit via videomeetings en verhuisden zelfs mijn sprekersactiviteiten zich (voor zover mogelijk) naar het digitale toneel aka de living. Internationaal ondernemen ziet er sinds COVID nu eenmaal anders uit, maar niemand heeft het de school verteld. Dus deed ik het dan maar, al blijft het tot vandaag wachten op een antwoord.
Uiteindelijk kleurde België terug groen of geel, en zal de stage vermoedelijk alsnog kunnen doorgaan, tenzij er nu opnieuw iets niet past in de Excel van de school. Decision pending.
Wat leren we onze studenten?
Vooraleer deze school mij ergens op een zwarte lijst plaatst: dit artikel is geen aanval maar een oproep tot nadenken. Welke attitude leert deze school – en ongetwijfeld nog vele andere scholen - haar studenten aan door zo strikt vast te houden aan een rigide stageprocedure? Ik vat het even voor je samen.
1. Safety first
Kies alsjeblieft NIET om met je super waardevolle diploma mee te springen in een nieuwe of jonge start-up. Dat is immers té risicovol. Misschien leer je wel dat die conceptuele startfase nét datgene is wat je het liefste doet en word je ... zelf ondernemer. Stel je voor! Kies liever voor een grote multinational waar je veilig zit in je gouden kooi en neem vooral geen risico’s.
2. Houd vast aan gewoontes
Als de wereld plots andersom gaat draaien, wil dat nog niet zeggen dat jij mee moet. Blijf vooral vasthouden aan oude gewoontes want als je blijft doen wat je deed, blijft je resultaat ongetwijfeld ook hetzelfde. Verandering, innovatie en nieuwe manieren vinden om resultaten te bereiken is immers zeer vermoeiend.
3. Kleur binnen de lijntjes
Als er een blad vol regeltjes is, zorg dan dat je al die regeltjes volgt vooraleer je verder gaat. De wereld wordt immers gebouwd door mensen die zeer minutieus alle procedures afchecken en NIET door mensen die snelheid nemen. Stel je voor dat je als eerste met een nieuw idee op de markt komt. En voor ik het vergeet, toets zeker altijd je nieuwe ideeën af aan hoe men de dingen voorheen deed. Als het niet past, dan begin je er beter niet aan.
Natuurlijk is het omgekeerde waar en reken ik erop dat je mijn sarcasme van het scherm hebt zien druipen. Scholen hebben één taak die belangrijker is dan alle andere: de attitude van jonge talenten kneden tot durvers, doeners en wereldverbeterende leiders. Soms verliezen scholen die focus onder een gigantische berg papierwerk.