China is niet alleen de tweede grootste economie ter wereld, één van de meest dynamische markten die pas sinds een aantal jaren echt tot bloei is gekomen, is die van de gezondsheidszorg. De Chinese healthcare markt boomt als nooit tevoren en is intussen uitgegroeid tot de tweede grootste ter wereld.
Deze spectaculaire groei is in grote mate te danken aan de groeiende middenklasse die een betere gezondheidszorg wil, met alle aspecten die daartoe behoren. Zo wordt voorspeld dat de markt voor medische apparatuur tegen 2025 maar liefst 38 miljard dollar waard zal zijn, waarvan op dit moment tweederde van alle toestellen vanuit het buitenland geïmporteerd wordt.
Traditionele Chinese medicijnen
Ook de markt van Westerse innovatieve geneesmiddelen groeit sterk. De Chinese markt voor medicijnen is nu al de tweede grootste ter wereld en zou in 2025 een omvang van 300 miljard dollar kennen. Er zijn dan wel meer dan 5.000 Chinese farmabedrijven, maar dat wil niet zeggen dat die zich allemaal bezighouden met het ontwikkelen van innovatieve medicijnen. Het tegendeel is zelfs waar.
Het allergrootste deel van deze bedrijven focust op traditionele Chinese medicijnen, productie van ingrediënten voor medicijnen, of op generische geneesmiddelen. Maar liefst 97% van de in China geregistreerde medicatie is generisch. En daar wil de Chinese overheid graag verandering in brengen door meer te focussen op biotechnologie, een domein waarin China nog steeds achterstand heeft op de Westerse wereld.
Chinese biotechbedrijven zien nu in sneltempo het levenslicht, en halen vaak enorm veel geld op. Zo was er een hoofdrol weggelegd voor Abogen, dat vorig jaar in een Series C-investeringsronde een astronomisch bedrag van 700 miljoen dollar wist op te halen . Het bedrijf is zijn eigen mRNA-vaccin aan het ontwikkelen, wat in coronatijden uiteraard erg interessant is. In 2020 bedroeg de totale waardering van alle beursgenoteerde innovatieve Chinese biotech en aanverwante bedrijven bijna 400 miljard dollar. Er is dus met andere woorden veel geld beschikbaar voor starters en groeiers in de gezondheidszorg.
Perspectieven voor Belgisch biotech en medtech
Maar deze evolutie opent ook perspectieven voor Belgische bedrijven. Wij zijn immers wereldtop in de biotechnologie. Innovatie en onderzoek heeft immers best veel tijd nodig, en het is precies daar waar de kansen liggen. Veel Belgische starters of groeiers met innovatieve medicijnen en of apparatuur hebben een open markt in China. Ze kunnen er terecht om geld op te halen, of licentiedeals af te sluiten.
Chinese bedrijven van hun kant kijken ook veel meer richting Europa dan vroeger. Het is geweten dat China en de Verenigde Staten veel moeilijker door dezelfde deur kunnen, dus wordt de focus verlegd naar Europese biotech en medtech die kwalitatief even veel te bieden hebben als Amerikaanse bedrijven. De laatste jaren zijn er ook veel meer deals gesloten tussen Chinese en Belgische bedrijven. In de mRNA sector was er het Belgische eTheRNA dat een joint venture oprichtte met het Hongkongse beursgenoteerde Grand Pharma die meteen ook als strategisch investeerder aan boord stapte van het Belgische biotechbedrijf.
Niet voor alle Chinezen
Ook op het vlak van medische diensten zijn er nog veel mogelijkheden. Ondanks het feit dat China meer dan 1 miljoen zorginstellingen telt, inclusief 12.000 openbare ziekenhuizen, 22.000 private ziekenhuizen en meer dan 900.000 eerste-zorg instellingen, moet de hele infrastructuur nog verder uitgebouwd worden. Er zijn dan wel 7,1 miljoen bedden in die ziekenhuizen die alles samen 3,3 miljard ontvangen, toch is het zo dat niet alle Chinezen zo gemakkelijk toegang hebben tot alle geneeskundige zorg.
Het is vrij normaal dat meer gesofisticeerde ingrepen vaak enkel in de grootsteden kunnen uitgevoerd worden, wat ertoe leidt dat mensen vaak honderden of zelfs duizenden kilometers moeten reizen voor een operatie. Niet te verwonderen dus dat technologieën die iets te maken hebben met eHealth of telegeneeskunde faciliteren furore maken in China.
Zeeschildpadden
Voor iedereen die eraan denkt om iets in China te doen: ook voor getalenteerde wetenschappers en onderzoekers is er in China nog een grote markt. Het merendeel van succesvolle Chinese medtech- en biotechbedrijven is opgestart door zogenaamde ‘zeeschildpadden’: Chinese wetenschappers en managers die vaak 20 jaar lang in meestal de Verenigde Staten gewoond en gewerkt hebben, en vaak bij grote westerse farmabedrijven ervaring opgedaan hebben.
Aangezien de Chinese healthcare markt sterk aan het groeien is, zijn velen onder hen teruggekeerd om in hun geboorteland een eigen bedrijf op te richten, waarvan er sommigen binnen drie jaar een IPO hebben gedaan. En ook hier is er een Belgische connectie: de founder van het Nasdaq beursgenoteerde I-Mab, Zang Jingwu, heeft namelijk tien jaar in Diepenbeek gewoond waar hij zijn PhD succesvol wist af te ronden. Zijn bedrijf heeft trouwens een wereldwijde licentieovereenkomst met Complix, ook al in Diepenbeek gevestigd.
Het is duidelijk dat de groei van de Chinese gezondheidszorg nieuwe perspectieven opent voor Belgische bedrijven die in deze sector actief zijn. En natuurlijk, zoals bijna alles met China, is het een markt waar bijna niemand het zich kan veroorloven om die links te laten liggen.
