Aan het begin van het jaar maak ik altijd tijd vrij om wat uitgebreider over de toekomst na te denken: waar lijken we naartoe te gaan, en is dat een richting die we willen inslaan? Vooral in deze moeilijke tijden is het volgens mij essentieel om die voorspellingen met een sprankje hoop te injecteren.

Het oude normaal

De illusie dat we na deze ellendige pandemie terug naar het ‘oude normaal’ kunnen, is een absurditeit. Hoewel velen wellicht naar dat verleden kijken met een mengeling van nostalgie en zelfs heimwee, ben ik er fundamenteel van overtuigd dat de toekomst een overvloed aan rijpe kansen zal bieden, op te rapen door iedereen die durft dromen. Maar ook een niet-aflatende rollercoaster van disrupties en een hoop uitdagingen.

De allergrootste daarvan wordt de milieu-uitdaging. Vorig jaar eindigde met een uiterst teleurstellende klimaattop in Glasgow, waar wereldleiders het niet eens werden over maatregelen tegen klimaatverandering. Het trieste schouwspel dat zich daar afspeelde, sterkte mij in mijn overtuiging dat fundamentele veranderingen niet worden bewerkstelligd door een geopolitiek mandaat van bovenaf, wel door collectief en wereldwijd optimisme. Hierin is uiteraard een belangrijke rol voor individuen weggelegd, maar vooral voor bedrijven die het potentieel hebben om die ‘Never Normal’-wereld een duurzame basis te geven.

Langetermijnvisie

Zeker omdat de wetgeving rond de brede ESG-thematiek (Environmental, Social en Governance) eerst nog slechter zal worden voor ze verbetert. Ja, we beseffen massaal dat we een betere toekomst creëren via duurzaamheid en sociale inclusie. Maar de huidige overdaad aan regels rond deze onderwerpen wordt stilaan een echte jungle en een nachtmerrie.

Toen ik dit jaar toetrad tot de Raad van Bestuur van een bank, ervoer ik het complexe web van regels, voorschriften, aanbevelingen en richtlijnen rond ESG als kafkaiaans. Zelfs de ratingbureaus, toch opgericht om te tonen welke bedrijven, beleggingen of fondsen effectief bijdragen tot een positieve ESG, hebben het moeilijk om zinvolle input te leveren die het niveau van ruis overstijgt. Ik weet niet wie de analogie bedacht van chimpansees die darten, maar ik begrijp die wel nu veel beter.

Bedrijven moeten niet vasthouden aan arbitraire richtlijnen of bureaucratische beweegredenen maar hun eigen morele kompas volgen om een duurzame toekomst uit te werken en hun ESG-agenda te ontwikkelen

Daarom ben ik ervan overtuigd dat bedrijven niet moeten vasthouden aan arbitraire richtlijnen of bureaucratische beweegredenen, maar hun eigen morele kompas moeten volgen om een duurzame toekomst uit te werken en hun ESG-agenda te ontwikkelen. Omdat ze fundamenteel geloven in die betere wereld, niet omdat ze het bedrijf tot het uiterste drijven in functie van het volgende kwartaal.

Opzadelen met innovatie

Dat vraagt van ondernemingen wel een langetermijnvisie en een optimistische ingesteldheid bij het ontwikkelen van hun Day After Tomorrow. Als ik met dergelijke organisaties in contact kom, word ik dan ook dolenthousiast en hoopvol. Eén van mijn persoonlijke favorieten in dat opzicht was wellicht Hermès, het Franse luxemerk dat sinds zijn oprichting in 1837 alleen maar is gegroeid en vandaag, met een marktkapitalisatie van meer dan 160 miljard euro, een van de meest waardevolle bedrijven in Frankrijk is.

Thierry Hermès richtte het bedrijf destijds op om leren zadels voor de Franse elite te ontwikkelen. Dankzij zijn zonen groeide het bedrijf uit tot een Europese speler op dit gebied, maar toen kleinzoon Émile-Maurice in de jaren ‘20 naar Amerika reisde, zou de koers van het bedrijf voorgoed veranderen. Hij zag er het succes van de auto en was ervan overtuigd dat dit in plaats van het paard wel eens de toekomst zou kunnen worden.

Bovendien werd zijn ondernemersbrein er geprikkeld door de revolutionaire uitvinding van de rits. Toen hij naar Frankrijk terugkeerde, was dat met de exclusieve Europese rechten op dit slimme ontwerp op zak. Stel je zijn eerste gesprek voor met de zadelmakers in de werkplaats in Parijs: vergeet de paarden, en kijk bovendien eens naar deze rits!

Wacht niet op nieuwe regels, maak ze zelf

Hermès heeft zich als een ware feniks steeds opnieuw uitgevonden, georiënteerd en gepositioneerd. In het huidige licht van een duurzame toekomst wil het bedrijf nu zelfs af van het oorspronkelijke lederconcept. Hermès ging daartoe een samenwerking aan met de biotech start-up MycoWorks die een versie van de beroemde tassen maakt met een duurzaam leeralternatief: mycelium, dat gewonnen wordt uit schimmels.

Het lef hebben om je strategie volledig om te gooien en luxe te durven heruitvinden met behulp van paddestoelwortels, is één van de meest inspirerende en hoopvolle dingen die ik vorig jaar heb ervaren

Het lef hebben om je strategie volledig om te gooien en luxe te durven heruitvinden met behulp van paddestoelwortels, is één van de meest inspirerende en hoopvolle dingen die ik vorig jaar heb ervaren. Het versterkt mijn geloof dat meer en meer bedrijven dat soort lef, durf en guts zullen tonen om zich herpositioneren om een beter, hoopvoller en krachtiger ‘Never Normal’ te helpen creëren.

We moeten niet wachten op wetgeving of politiek om een verschil te maken. Zeker niet omdat bedrijven die dat lef tonen, erkenning zullen krijgen van klanten en uiteindelijk beloond zullen worden door de markt.