Productiebedrijven hebben steeds meer moeite om hun vacatures ingevuld te krijgen. Door te zorgen voor ‘werkbaar werk’, houden werknemers hun job langer vol en kunnen ook de op het eerste gezicht minder geschikte profielen voor bepaalde functies het werk aan. Technologie kan een manier zijn om dat werkbaar werk mee te realiseren.
Maar wat is werkbaar werk precies? Sonia Vanderlinden legt het graag uit. Ze is bij Flanders Make verantwoordelijk voor projecten rond technologie voor werkbaar werk. “Werkbaar werk verwijst naar jobs waarvan je niet overspannen wordt of lichamelijke letsels oploopt, die boeiend en motiverend zijn, die kansen bieden op bijblijven of bijleren en die voldoende ruimte laten voor gezin en privéleven.”
“Voor organisaties betekent dit dat je slim en duurzaam omgaat met competenties en talent, maar ook zorgt voor voldoende afwisseling, autonomie en een veilige en gezonde werkomgeving. Op die manier wordt werkbaar werk een strategisch competitief voordeel voor bedrijven en regio’s.”
Krimpende beroepsbevolking
Dat de Vlaamse arbeidsmarkt sterk onder druk staat, is geen nieuws. “Voor het eerst in jaren verwachten we dat de actieve beroepsbevolking gaat stagneren of zelfs dalen”, verklaart Marc Engels, COO bij Flanders Make.
“De komende twintig jaar gaan we naar een daling van de actieve beroepsbevolking met zeven procent. Dat heeft te maken met demografische trends zoals de babyboomgeneratie die met pensioen gaat. Tegelijk stijgt door de vergrijzing de gemiddelde leeftijd van de actieve beroepsbevolking.”
De komende twintig jaar gaan we naar een daling van de actieve beroepsbevolking met zeven procent
Tekort aan alle profielen
Het is ook steeds moeilijker om geschikt personeel te vinden voor een specifieke job. “In feite is er vandaag een tekort aan alle soorten profielen”, aldus Marc Engels. “De medewerkers die aan boord komen, zijn daardoor meestal niet de ideale kandidaten die je voor ogen hebt bij het uitschrijven van de vacature.”
“Het komt er dus op neer dat bedrijven minder medewerkers hebben om hetzelfde of zelfs meer werk te doen, en dat die medewerkers ook niet de ideale profielen hebben. Daarom is het nu essentieel dat ze een job krijgen die ze aankunnen.”
Investeren in de noden van werknemers
Omdat het tekort aan personeel voor veel bedrijven een existentiële bedreiging vormt en de bereidheid om te investeren in technologie voor werkbaar werk vrij groot is, gaat men doorgaans verder kijken dan traditionele kosten-batenanalyse. “Het is de eerste keer dat we in Vlaanderen technologie bekijken als middel ter bevordering van werkbaar werk in de maakindustrie, vanuit de expliciete noden van de werknemers”, stelt Sonia Vanderlinden.
Personeel aantrekken én aan boord houden
Industrie 4.0-oplossingen kunnen mensen activeren die nu niet actief zijn of moeilijker werk vinden. Technologie kan ook de beroepsactieve bevolking ondersteunen in hun job zodat ze langer, tot aan de pensioenleeftijd, aan het werk kunnen blijven.
Als bedrijven investeren in werkbaar werk heeft dat een positieve impact op onder meer de retentie, aanwervingen en ziektedagen
Sonia Vanderlinden: “Als bedrijven investeren in technologie of oplossingen voor werkbaar werk heeft dat een positieve impact op onder meer de retentie, aanwervingen en ziektedagen. Het levert niet meteen een rechtstreekse return on investment maar het is wel cruciaal voor de continuïteit van de onderneming.”
Technologie hand in hand met psychologie
Technologie helpt om het werk werkbaar te houden, maar is slechts een deel van de oplossing. Volgens Marc Engels is het meeste van wat vandaag gebeurt op het vlak van werkbaar werk zelfs niet technologisch van aard. “Het draait doorgaans om awareness, organisatie en rollen, omgaan met stress en de balans vinden tussen werk en privé. Naar die thema’s gaat al behoorlijk veel aandacht en onderzoek.”
De unieke insteek van Flanders Make is dat wij technologie willen inzetten als ondersteuning voor werkbaar werk, bovenop die aandacht voor de sociale en psychologische en organisatorische aspecten
“De unieke insteek van Flanders Make is dan ook dat wij technologie willen inzetten als ondersteuning voor werkbaar werk, bovenop die aandacht voor de sociale en psychologische en organisatorische aspecten. Het gaat sowieso altijd samen. Zo moet je als bedrijf ook oog hebben voor de acceptatie van de gebruikers - de operatoren - wanneer je nieuwe technologie invoert.”
De gebruikers engageren
Bij Flanders Make hebben ze in ieder geval al een berg ervaring met technologieprojecten en alle processen die daarbij komen kijken. “Acceptatie is zéér belangrijk”, beklemtoont Sonia Vanderlinden. “Je kan technologie nooit zomaar opdringen. Kijk dus goed of de oplossing echt comfort biedt aan de gebruiker. De gebruikers moeten zelf zien dat de technologie nuttig is en een meerwaarde biedt bij het uitvoeren van hun taken.”
Een extra vraagstuk is de manier waarop je de technologie inzet - verplicht of optioneel? Marc Engels: “Uit onze ervaring met digitale werkinstructies hebben we geleerd dat mensen heel moeilijk aanvaarden dat een computer hen ‘commandeert’. Het voelt beter aan als er vrijheid is om dingen zelf te bepalen. Ook is het belangrijk dat ze een vooruitblik hebben op hun taken van de dag zodat het verloop wat voorspelbaar is. Als de taken één voor één op een scherm tevoorschijn komen, geeft dat extra stress. We zetten technologie in ter ondersteuning van de operator en niet omgekeerd. De operator blijft met andere woorden in the lead.”
Cognitieve belasting
Om de introductie van nieuwe technologie te doen slagen, is het belangrijk om de gebruikers er van bij het begin zoveel mogelijk bij te betrekken. Liefst zelfs al bij de keuze van de technologie, want normaal gezien zijn er meerdere technologische oplossingen mogelijk voor eenzelfde probleem. Die problemen kunnen we grofweg indelen in twee soorten: de cognitieve belasting en de fysieke belasting van de operatoren.
Productie in kleinere series, meer op maat van de klant, kan bij de productiemedewerkers meer stress geven omdat ze telkens op een andere manier moeten werken. “Een mogelijke oplossing zijn digitale werkinstructies die via een scherm, projectie of zelfs Augmented Reality de volgende stappen in de productie weergeven”, aldus Engels.
“Technologie kan de cognitieve belasting verlichten door de juiste informatie te geven op het juiste moment”, zegt Marc Engels. “Door de stijgende vraag naar gepersonaliseerde producten is dat nog belangrijker. De productie is daardoor complexer en minder repetitief, maar met de gepaste ondersteuning kan zelfs een onervaren operator toch het werk aan.”
Fysieke belasting
Voor de fysieke belasting zijn er dan weer ergonomische oplossingen, bijvoorbeeld voor het tillen van zware materialen of om onnatuurlijke houdingen te vermijden. “Een eerste stap is om te onderzoeken en te meten welke taken belastend zijn”, legt Marc Engels uit. “Daarna kan je systemen installeren die de belasting wegnemen, zoals een tilsysteem dat de fysieke inspanning van de operator halveert.”
“Ook een cobot of robot kan helpen om op een meer ergonomische manier te werken, bijvoorbeeld bij de assemblage van zware stukken. Maar ook simpelweg een systeem dat signaleert dat men een verkeerde of belastende houding aanneemt.”
Slimme technologie brengt steeds meer toegevoegde waarde bij werkbaar werk. Zo kunnen systemen rekening houden met de context waarin ze opereren. Marc Engels: “Met behulp van sensoren en artificiële intelligentie kunnen de systemen anticiperen op de omgeving en op de gebruiker. Zo worden de werkinstructies aangepast aan het niveau van operator, waardoor die precies de uitleg krijgt die nodig is. Overbodige instructies zijn namelijk ook te vermijden want die wekken vooral irritatie op.”
Rol van maatwerkbedrijven
Mooi weetje: in Vlaanderen is er al een behoorlijk aanbod op het vlak van digitale werkinstructies en bestaan er intussen verschillende systemen die in gebruik zijn bij bedrijven. “De maatwerkbedrijven spelen daarbij een pioniersrol”, vertelt Sonia Vanderlinden. “Zij hadden namelijk al veel eerder extra ondersteuning nodig voor hun medewerkers, ook voor repetitieve handelingen.”
De uitdaging zit nu vooral in het geautomatiseerd toewijzen van taken, rekening houdend met aspecten als competenties, training op de job, fysieke en cognitieve belasting
Daarnaast komen de eerste oplossingen voor fysieke ondersteuning beschikbaar. In de Vlaamse industrie 4.0-proeftuinen kunnen bedrijven via waarheidsgetrouwe demo’s de verschillende nieuwe technologieën komen ontdekken. “De uitdaging voor verdere ontwikkelingen van technologieën voor werkbaar werk zit nu vooral in het geautomatiseerd toewijzen van taken, rekening houdend met aspecten als competenties, training op de job, fysieke en cognitieve belasting”, zegt Marc Engels. “Dat zit nog in een onderzoeksfase maar we zijn er sterk mee bezig. Het is een nieuwe ‘laag’ van technologie die zowel de productiviteit als de werkbaarheid van het werk naar een hoger niveau kan tillen.”
Meetinstrumenten en benchmarks
Bedrijven die op zoek zijn naar oplossingen voor werkbaar werk, kunnen dus terecht bij Flanders Make. Sonia Vanderlinden: “Wij onderzoeken welk type technologie beantwoordt aan welke noden, en we meten de impact van mogelijke oplossingen. We ontwikkelen ook een tool die de werkbaarheid kan meten, zodat bedrijven hun processen kunnen scannen op werkbaarheid en de resultaten ook kunnen benchmarken. Daarnaast definiëren we een stappenplan voor organisaties die willen inzetten op werkbaar werk.”