Meer dan vroeger bevinden we ons op het kruispunt van maatschappij, economie en innovatie. In zijn boek ‘Een kleine geschiedenis van grote durvers' neemt Peter Vanham ons mee naar de Belgische kiemen van ondernemerschap van vroeger tot nu. Vanham, naast auteur ook het hoofd van de International Media Council van het World Economic Forum in Genève, breekt een lans voor ondernemers die vandaag al de uitdagingen van morgen aanpakken.
Bootstrappen voor Eddy Merckx in New York
Peter Vanham behoort tot het selecte kransje Belgen die een succesvolle internationale carrière uitbouwden. De inkt van zijn diploma handelsingenieur aan de KU Leuven was nog niet droog, of Vanham had zich al aangemeld bij Columbia University in New York. Hij studeerde er af in de richting bedrijfs- en economische journalistiek. “Het is frappant dat mensen er altijd van versteld staan dat ik ben binnengeraakt in één van de universiteiten van de Ivy League”, relativeert hij meteen. “Belgische kandidaten zijn er zeldzaam, en de toelating is mits een goede voorbereiding niet zo moeilijk. Zien dat je er kunt blijven, dàt is een veel grotere uitdaging.”
Veel Belgen vinden het aantrekkelijk om zaken te doen in New York. If you can make it there, you can make it anywhere. Dat klopt, maar niet veel mensen maken het daar. Ik heb er heel veel zien vertrekken
Hetzelfde kan gezegd worden over het uitbouwen van een carrière in de Big Apple. Via gemeenschappelijke connecties kon Vanham aan de slag bij Eddy Merckx. Hij was verantwoordelijk voor de Amerikaanse vermarkting van het fietsenmerk. “Dat was een fraai stukje bootstrappen en ik werkte de klok rond”, gaat Vanham verder. “Die ervaring heeft mij uiteindelijk bijna een burn-out gekost.”
“Weet je, veel Belgen vinden het aantrekkelijk om zaken te doen in New York. If you can make it there, you can make it anywhere. Dat klopt, maar niet veel mensen maken het daar. Die harde realiteit zien Belgen niet graag onder ogen. Ik heb er velen zien vertrekken.”
De zoektocht naar levensgeluk
Maar Vanham zelf wilde blijven in de grootstad, en kon opnieuw beroepen op de kracht van een sterk netwerk. Voor hij het zelf goed en wel besefte, was hij US Media Lead bij het World Economic Forum. “Met durf en ondernemerschap kun je deuren laten opengaan, maar een deur openhouden is toch een ander paar mouwen”, getuigt hij. “Dat is niet makkelijk als je op dat moment ook nog eens je weg probeert te vinden in het leven.”
“Op een gegeven moment had ik als General Manager bij Eddy Merckx Cycles een mooie carrièretitel in een mooi bedrijf in een mooie stad. Objectief gezien was ik het aan het maken. Ik wilde mijn grenzen steeds verleggen, en had dat typische the sky is the limit gevoel. Mijn doel? Op een dag CEO worden van een bloeiend bedrijf. Maar na enkele jaren had ik door dat zo'n ambities een lege doos zijn. Je bent veel beter af met een job die je graag doet, ongeacht de titel. Dat was veel meer het geval bij het Wereld Economisch Forum.”
Je levenskwaliteit hangt niet alleen af van je professionele verwezenlijkingen. Geluk is niet de eindbestemming, maar iets dat je in het dagelijkse leven moet proberen vinden
Zijn fascinatie voor het CEO-schap zette Vanham ertoe aan om verschillende bedrijfsleiders te interviewen. Het resultaat bundelde hij in ‘Before I was CEO’, zijn eerste pennenvrucht. Een rode draad in het boek is het verband tussen carrière en levensgeluk. “Je levenskwaliteit hangt niet alleen af van je professionele verwezenlijkingen”, vertelt hij. “Gesprekken met toplui zoals Paul Bulcke (CEO van Nestlé, nvdr) leerden me dat je je welzijn niet moet laten afhangen van waar je over een decennium staat. Geluk is niet de eindbestemming, wel iets dat je in het dagelijkse leven moet proberen vinden.”
“Ook ik werd daarmee geconfronteerd. Een knappe functietitel betekent niet automatisch dat je het juiste pad bewandelt. Veel dingen hebben weinig zin als je ‘s avonds in een leeg appartement thuiskomt. In een metropool besluipt de eenzaamheid je nogal snel. Ik miste mijn dichte kring.”
Buitenlandse leercurves
Op een dag kreeg de Lierenaar telefoon van de Duitse professor Klaus Schwab, die het World Economic Forum meer dan een halve eeuw geleden oprichtte. Of hij soms interesse had om de ‘International Media Council’ van het Forum te leiden? En daarnaast het hoofd van communicatie voor de oprichter en voorzitter van Schwab himself te worden? Vanham hoefde niet lang na te denken en boekte zijn terugvlucht naar Genève, Zwitserland. Benieuwd naar de volgende stap, maar kritisch over de manieren waarop hij zichzelf was tegengekomen in de Verenigde Staten.
Succes is nooit een rechte lijn omhoog. Integendeel, het is een aaneenschakeling van hoogtes en laagtes
“Op mijn allerlaatste dag in New York liep ik er de marathon”, herinnert hij zich. “Een persoonlijke mijlpaal, maar dat mocht geen uitvlucht zijn om de moeilijke momenten en geleerde lessen onderweg te vergeten. Anders zou ik mijn boek voor niets hebben geschreven! Want ook dat is iets wat succesvolle bedrijfsleiders met elkaar gemeen hebben: veel tegenslagen. Succes is nooit een rechte lijn omhoog. Integendeel, het is een aaneenschakeling van hoogtes en laagtes.”
De durf om te falen als noodzakelijk kwaad voor elke vermaarde CEO of ondernemer is vandaag meer hype dan taboe. Wat volgens Vanham wél nog onvoldoende wordt benadrukt: het belang van buitenlandervaring. “Door in contact te komen met andere culturen en omgevingen, verwerf je meer empathie en levensinzicht”, stelt hij. “In een geglobaliseerde wereld zijn die vaardigheden meer dan essentieel. Je komt zo ook tot het besef dat we allemaal dezelfde uitdagingen en vraagstukken meemaken - van sociale ongelijkheid tot klimaatperikelen.”
Belgische trots of schaamte?
Laat één ding duidelijk wezen: Peter Vanham voert geen pleidooi om Belgen voorgoed te laten verkassen naar het buitenland. Integendeel, zijn boek ‘Een kleine geschiedenis van grote durvers' blaakt van Belgische trots. “In New York zocht ik vaak Belgisch erfgoed op”, bekent hij. “Tijdens mijn bezoeken aan The Met ging mijn aandacht naar de werken van Pieter Bruegel, Peter Paul Rubens of Antoon van Dyck. Lunchen deed ik regelmatig bij Le Pain Quotidien, van oorsprong een Belgische bakkerij.”
“Ik ben geen nationalist, maar ervoer wel meer vaderlandse trots. Het deed me stilstaan bij het ontbreken van Belgische durvers en ondernemers die nooit of zelden de geschiedenisboeken haalden. Ik ben er dan maar zelf naar op zoek gegaan. Het is iets waar ik, ook hier in Genève, regelmatig over nadenk.”
Het sociaal en economisch vangnet in België heeft ervoor gezorgd dat veel ondernemers niet langer hun plan trekken, doordat ze afhankelijk worden van de overheid - niet enkel tijdens een crisis maar ook in normale tijden - en dat is problematisch
Toch moest de trots op zijn thuisland dit jaar even vaak plaatsmaken voor enige vorm van schaamte. “Op veel vlakken werd ons land harder getroffen door de coronacrisis dan andere Europese contreien”, licht hij toe. “Veel bedrijven hebben een digitale wake-upcall gekregen, maar we moeten die nú gaan gebruiken om een nieuwe generatie ondernemers klaar te stomen. Momenteel kijken we enkel met lede ogen toe hoe we collectief opdraaien voor de economische stilstand. In vergelijking met vorig jaar hebben we in 2020 minder faillissementen gekend. Dat komt natuurlijk door de financiële steun die de overheid heeft voorzien voor bedrijven en werknemers.”
“En begrijp me niet verkeerd - het sociaal en economisch vangnet in België is fantastisch en ook hoognodig. Maar dat heeft ervoor gezorgd dat veel ondernemers niet langer hun plan trekken, doordat ze afhankelijk worden van de overheid - niet enkel tijdens een crisis maar ook in normale tijden - en dat is problematisch. We zijn in slaap gewiegd door de Belgische Staat. Om die reden zijn landbouwers voor mij de ondernemerstitel even waardig als pakweg een start-up founder”, aldus Vanham.