Nieuwe technologie grijpt ons regelmatig naar de keel. Omdat het ons leven overhoopgooit of omdat het een belangrijke wetswijziging teweegbrengt. De GDPR en de gekte die het met zich meebracht, is hier een mooi voorbeeld van. Wat kunnen we hieruit leren en, misschien belangrijker, zijn we nu gewapend voor de toekomst?
25 mei kwam en ging, maar de GDPR, die blijft. Twee jaar lang kregen we doemscenario’s voorgeschoteld over de gevolgen van deze nieuwe privacywetgeving, passeerden artikels en opinies de revue over het al-dan-niet klaar zijn voor de implementatie ervan en durfde een kleine minderheid het aan om te verkondigen dat het allemaal zo’n vaart niet zou lopen. Hoewel de wereld nog net niet verging – en het met de gevolgen van deze regulering inderdaad best wel meevalt – staat het buiten kijf dat er een grondige (mentaliteits)wijzing heeft plaatsgevonden.
Om eerlijk te zijn: het is een wijziging die er al lang zat aan te komen. Persoonlijke gegevens werden tot hiertoe slechts halfslachtig beveiligd en werden vaker gezien als pasmunt of een cijfer in een lijst dan de samenvatting van wat we weten over iemand en zijn persoonlijke gewoonten en voorkeuren. De industrie heeft jaren de kans op zelfregulatie genegeerd en draagt daar vandaag de gevolgen van.
Anderzijds zorgen deze nieuwe beperkingen ook voor kansen. Databases met klantgegevens zijn nu grondig opgekuist (of zouden dat toch moeten zijn), en zijn nu kleiner, maar gevuld met een geëngageerd publiek dat een meerwaarde kan betekenen. Marketeers krijgen eindelijk weer tijd om hun job te doen.
Bovendien zorgen de kleinere – maar relevantere – hoeveelheden data voor gerichtere data-analyse. Dat komt dan weer ten goede aan de opkomende technologie van vandaag: artificiële intelligentie en aanverwanten (zoals machine learning). AI is de buzztermfase stilaan ontgroeid en heeft nood aan solide data om uit te putten. Hierdoor komt ook stemgestuurde technologie boven water en wordt het in sneltempo een invloedrijke factor voor zowel ontwikkelaars, consumenten als marketeers.
Dat betekent evenwel dat we op relatief korte termijn opnieuw op een GDPR-achtig probleem afstevenen. Technologie komt op, doet het goed, en dan blijkt er nood te zijn aan meer regulering. Neem nu AI: niemand weet juist hoe dat er in de toekomst uit gaat zien, met vele uiteenlopende meningen als resultaat – gaande van ‘impactloos’ tot ‘robots nemen de wereld over’. En wat we niet kennen, maakt ons bang.
Daarom is het belangrijk om ons nu al voor te bereiden op het volgende hete hangijzer. De GDPR doet nog steeds menig marketeer in paniek slaan, dus kunnen we er maar beter voor zorgen dat we het volgende keer beter doen. Zo moeten we dringend beginnen denken aan manieren om op een goede wijze om te gaan met machine learning, AI en stemtechnologie. Laten we bewijzen dat we iets geleerd hebben van de GDPR-gekte die ons twee jaar lang in de ban hield.
Voorlopig is er nog geen reden tot paniek. We moeten blijven investeren in nieuwe technologie en we moeten blijven evalueren hoe we ermee omgaan. We mogen onze verantwoordelijkheid niet meer uit de weg gaan. De GDPR heeft ons op de goede weg gezet, maar nu moeten we hem wel blijven volgen. We moeten blijven nadenken over het ‘hoe’ en het ‘waarom’ van onze beslissingen, en misschien zelfs over de ‘waarom niet’ van acties. Of we kunnen simpelweg afwachten tot de volgende ramp ons treft.