Yasmien Naciri
Onderneemster, spreker, auteur, columniste: Yasmien Naciri is meerdere titels waardig. De 27-jarige vrouw uit Mol blikt niet vaak terug op haar straf traject. Daarvoor is ze té gefocust op de weg die ze nog wil afleggen. Toch nam ze de tijd om met mij te spreken over haar visie op diversiteit en onze samenleving, en wat ze graag wil bereiken. “Hoe ik met evenveel enthousiasme blijf doorzetten? Door vooral veel te multitasken!”
Impact van kindsbeen af
Onlangs sleepte Naciri op de Diwan Awards nog een prijs in de wacht voor vrouw van het jaar. Ook kreeg ze ongelooflijk veel lof over haar boek ‘We nemen het heft in handen’, en werd ze zelfs al gevraagd om in de politiek te gaan. Maar de Molse blijft bescheiden en vooral integer. “Ik vind het belangrijk om te onthouden waar ik vandaan kom”, vertelt ze. “Opgroeien in armoede en voortdurend moeten zoeken naar een weg die ik kon afleggen heeft mij het meeste gevormd. Begrijp me niet verkeerd - ik kreeg veel steun van mijn ouders. Maar zij hebben nooit een hogere opleiding genoten, dus moest ik veel zelf uitpluizen.”
“Natuurlijk is het leuk om vandaag zoveel erkenning te krijgen voor mijn werk. Maar ik blijf mentaal bewust in contact met mijn jongere zelf. Als ik op een gegeven moment zou zweven, zou er een kloof ontstaan met wie ik ooit was. En dat zou ik heel erg vinden. Bovendien kan het op een dag plots ook stoppen. Ook dat houd ik steeds in het achterhoofd”, aldus Naciri.
Hoe gepassioneerd ik ook ben, ondernemerschap is allesbehalve rooskleurig. Als je niet doordacht te werk gaat, kom je in dit land al snel in de problemen
De titel van haar boek doet haar persoonlijkheid eer aan. Dat Naciri als jongvolwassene al impact wilde maken, stond buiten kijf. Vier jaar geleden pleitte ze voor een statuut voor student-ondernemers bij minister Philippe Muyters. Nadien werd het statuut werkelijkheid. “Ironisch genoeg heb ik daar zelf geen gebruik meer van kunnen maken”, lacht Naciri, die diploma’s in marketing en meertalige professionele communicatie op zak heeft. “Ik ben vandaag een gewone zelfstandige die graag onderneemt. Maar hoe gepassioneerd ik ook ben - ondernemerschap is allesbehalve rooskleurig. Als je niet doordacht te werk gaat, kom je in dit land al snel in de problemen.”
Onderneemster met hart voor inclusiviteit
‘Vanalles’, antwoordt Naciri als ik vraag waarmee ze vandaag bezig is. De 27-jarige richtte, naast haar werk als consultant, de hulporganisatie Amana op. Daarmee bouwt ze waterputten in Marokko, voorziet ze weeshuizen en scholen van materiaal en dergelijke. De organisatie is ook in België actief, waar ze voornamelijk ijvert voor zorg voor daklozen. Verder is Naciri ook oprichter en voorzitter van Fleks, dat jongeren in Antwerpen aanmoedigt om te ondernemen. Daarnaast is ze ook bestuurder bij Formaat en Netwerk tegen Armoede. Tussendoor schrijft ze columns, dat vorig jaar een verlengstuk kreeg met haar eigen boek. Opvallend: het gros van haar opgestarte initiatieven en schrijfsels zijn gestoeld op inclusiviteit.
Het wordt tijd dat het professionele landschap zich openstelt voor een breder, veranderend netwerk
“Die boodschap wil ik bedrijven, managers en ondernemers op het hart drukken: diversifieer je netwerk”, klinkt het. “Het wordt tijd dat het professionele landschap zich openstelt voor een breder, veranderend netwerk om in contact te komen met mensen die ze normaal niet zouden tegenkomen. Er is nog veel werk aan de winkel, maar het is mogelijk.”
“Ik weet nog goed hoe ik tijdens mijn zoektocht naar een stageplek het deksel op de neus kreeg. Waarschijnlijk hoef ik je niet te vertellen dat mijn naam, afkomst en uiterlijk een rol speelden in de afwijzingen die ik kreeg. Tot ik uiteindelijk bij Microsoft belandde. Daar kreeg ik écht de kans om mijzelf te ontplooien. Van country managers die tijdens de lunch aan dezelfde tafel als ik komen zitten en de kans om je in je eigen moedertaal uit te drukken: diversiteit en openheid zitten er in de vezels van het bedrijf.”
“Toen begon er iets te borrelen. Ik raakte steeds meer in de ban van de manier waarop vooral angelsaksische bedrijven omgaan met diversiteit. Landen zoals het Verenigd Koninkrijk kennen diversiteit gewoon al langer. Mensen met een migratieachtergrond worden niet zo hard geschuwd als in België of meer specifiek Vlaanderen. Dat heeft te maken met de geschiedenis: in 1920 werd in Londen als de eerste moskee neergepoot, bijvoorbeeld.”
Pleidooi voor inclusiviteit
In België is er nog wat werk aan de winkel, zoals Hassan Al Hilou in een eerder Bloovi interview al aankaartte. Hij vergeleek diversiteit met een ‘harig dier’: ‘Op zich zullen de bestaande werknemers van een bedrijf niet terugdeinzen voor diversiteit. Maar als je hen gaat opleggen om een bepaalde, radicale bewustwording van diversiteit te creëren, dan krijg je verzet.”
In principe zijn er zoveel mensen die tot een minderheidsgroep behoren. Dus laten we niet tegen elkaar strijden, maar hand in hand het gevecht tegen onverdraagzaamheid aangaan
“Het probleem is niet zozeer het opleggen van diversiteit, maar eerder de misvattingen die daarrond heersen”, vindt Naciri. “Het is sowieso al een delicaat onderwerp, want de polarisatie en onverdraagzaamheid zijn ingebakken bij een grote groep in onze samenleving. Ter verduidelijking: ik heb het heus niet alleen over mensen met een andere afkomst. Mijn pleidooi richt zich op inclusiviteit in de ruime zin, dus ook bijvoorbeeld mensen met een beperking. In principe zijn er zoveel mensen die tot een minderheidsgroep behoren. Dus laten we niet tegen elkaar strijden, maar hand in hand het gevecht tegen onverdraagzaamheid aangaan.”
Jammer genoeg is diversiteit anno 2019 ook dikwijls een PR-praatje. “Dat komt doordat sommige organisaties geloven dat diversiteit een doel is”, zucht Naciri. “Het streefdoel is wel degelijk inclusiviteit, en je hebt diversiteit nodig om dat te bereiken. Ik zie veel marketingcampagnes die bekende gezichten van andere afkomst gebruiken. In de praktijk zijn ze vaak totaal niet begaan met diversiteit. Gelukkig zien veel mensen er wel door.”
Matching tool als antwoord
Maar om als bedrijf diverse medewerkers te vinden, moet je huidig personeelsbestand dat ook al zijn. Volgens Naciri is het de achilleshiel in de poging van het professionele landschap tot inclusiviteit. “Vlak voor dit interview had ik een afspraak met de VDAB omdat ik een matching tool wil lanceren voor werkgevers en werknemers”, glundert ze.
“Meer specifiek ligt de focus op werkzoekenden die geen of minder kansen krijgen. Iedereen verdient - ongeacht zijn of haar achtergrond, diploma, gender of huidskleur - zijn plekje op de arbeidsmarkt. Dat de VDAB laaiend enthousiast is, motiveert me natuurlijk des te meer om ervoor te gaan. Uit hun onderzoeksresultaten blijkt dat vrouwen met een migratieachtergrond de grootste groep vormen die niet aan het werk is. Het is schrijnend om te zien hoe ze dikwijls worden gereduceerd tot functies als poetshulp.”
Naciri is gedreven, enthousiast en gelukkig, al krijgt ze in de media soms bakken kritiek over zich heen. Een tijd geleden zette ze in de Afspraak Tom Van Grieken (partijvoorzitter Vlaams Belang; nvdr) op zijn plek nadat die haar complimenteerde omdat zij als moslima een ‘voorbeeld’ stelt voor andere jongeren. Kort door de bocht, volgens Naciri. “Niet iedereen krijgt dezelfde kansen aangereikt”, benadrukt ze. “Die opmerking getuigt dat er toch veel onwetendheid is. Commentaar op mijn uiterlijk probeer ik te negeren. Ik kan me echt niet bezighouden met mensen die gefrustreerd zijn over uiterlijke kenmerken. Daar heb ik ook gewoon geen tijd voor.”
Yasmien Naciri stipt wel nog aan dat ze goed genoeg beseft dat ze niet perfect is. “Ik ben perfectionistisch en leg de lat ontzettend hoog voor mezelf”, geeft ze toe. “Dat gaat gepaard met ontzettend veel faalangst. Die app die ik wil lanceren kan ook mislukken. Maar mijn ambitie overtreft zulke gevoelens: ik heb het dan tenminste geprobeerd.”
Foto's: Younes Tahir