Twee weken geleden sloeg het nieuws in als een bom: Davy Kestens stopt als CEO van Sparkcentral. Hij stampte zo’n 7 jaar geleden het bedrijf uit de grond in Limburg, toen nog onder de naam Twitspark, maar verkaste snel naar San Francisco. Hoewel Kestens actief blijft in de raad van bestuur, is het voor de dertigjarige ondernemer tijd om andere professionele oorden op te zoeken. Ik vroeg hem naar zijn toekomstplannen.
Impact op lange termijn
Het is geen geheim dat Kestens vanaf dag één de dingen groot zag met zijn bedrijf Sparkcentral. De toen nog twintiger verkondigde dat hij customer service aanzienlijk wilde verbeteren - in het begin enkel via sociale media, meer bepaald Twitter. Vandaag is Sparkcentral een volwaardige totaaloplossing die klantervaringen snel en efficiënt optimaliseert. Het mag Amerikaanse spelers zoals Delta Airlines en Uber tot haar klantenbestand rekenen. Toen ik Kestens twee jaar geleden interviewde, luidde de ambitie dat het bedrijf ‘niet enkel customer service ging verbeteren, maar ook proactief wilde inspelen op behoeften en verwachtingen’.
Ik voel nog steeds de nood om significante impact te maken op lange termijn
“Begrijp het niet verkeerd: mijn vertrek als CEO betekent allerminst dat ik die ambitie heb laten varen”, verduidelijkt de Limburger. “De nood om een significante impact op lange termijn te maken, is nog steeds aanwezig. Ik geloof gewoon dat ik het meest geschikt ben om een bedrijf van nul naar één te brengen. Maar voor Sparkcentral was de tijd aangebroken om verder te schalen. Mijn vader (Patrick Kestens, nvdr) zei dat het ogenblik waarop een bedrijf aan de top staat, het beste moment is om te vertrekken. Hij is echt een fantastische vader die me doorheen deze crazy rollercoaster heeft gesteund."
“Al overwoog ik aanvankelijk nog om gewoon operationele versterking in te schakelen die samen met mij aan de kar zou trekken. Maar eerlijk gezegd voelde ik dat ik een beetje overbodig was geworden. Ik bedoel maar: de roadmap voor de komende drie jaar ligt vast - Sparkcentral is klaar voor de volgende stap. Ik heb er alle vertrouwen in dat mijn opvolger Joe Gagnon (bekend van topfuncties bij onder andere Aspect Software, nvdr) een fantastische job gaat doen.”
Ik heb mijn baby helemaal niet weggegeven, hij is gewoon aan het opgroeien
Kestens heeft er net zijn eerste weken op zitten als voormalig CEO van Sparkcentral, en beschrijft het als een ‘dubbel gevoel’. “Al mijn jaren als twintiger waren gewijd aan het bedrijf”, erkent de inmiddels dertigjarige Davy. “En toegegeven: in het begin had ik stress omdat ik geen stress meer had. Nu krijg ik vaker de vraag of het niet raar is om mijn baby af te staan. Maar dat is een foute omschrijving: ik heb mijn baby niet weggegeven, hij is gewoon aan het opgroeien”.
Silicon Valley: de shift en de learnings
Kestens, die ruim 5 jaar in San Francisco woonde, verhuist binnenkort weer naar België. Het lijkt alsof de Sparkcentral-oprichter wat uitgekeken is op the valley. Opvallend: Kestens prees het technologieparadijs enkele jaren geleden nog de hoogte in. “Vijf jaar geleden was het voor een beginnende start-up in de technologiesfeer geweldig om naar Silicon Valley te trekken”, vertelt hij daarover. “Maar vandaag hoef je het niet langer daar te zoeken. Akkoord, als pril bedrijfje krijg je er meestal een hogere waardering van investeerders, maar de kosten liggen ook een pak hoger.”
“Het idee dat de stad blaakt van uitsluitend toptalent, is ook compleet achterhaald. Zoveel mensen die eigenlijk niet zo getalenteerd zijn, hebben misbruik gemaakt van die reputatie. Probeer als bedrijf dan maar door de bomen het bos niet meer te zien.”
Wie als bedrijf nu in Silicon Valley start, geeft zichzelf een handicap
De ondernemer gaat zelfs nog een stap verder, en stelt dat het misschien net beter is om lokaal je stempel te drukken op de markt. “Waarom zou je verhuizen? Het is zo goedkoop geworden om iets nieuws uit te bouwen, dat je het jezelf niet onnodig moeilijk moet maken door naar San Francisco te gaan”, meent hij. “En trouwens: eens je bedrijf begint te groeien en schaalgrootte krijgt, dan gaan er ook buitenlandse investeerders uit onder andere Silicon Valley toehappen. Daar is Spotify (de streamingdienst uit Zweden, nvdr) een mooi bewijs van.”
“Ik heb het dan nog niet eens gehad over de onrealistische loonsverwachtingen. Al die dingen zorgen er samen voor dat the valley niet meer de beste plek is om je start-up te starten. Als je nu naar daar gaat, geef je je bedrijf gewoon een handicap.”
Allemaal goed en wel - Davy Kestens geeft met plezier toe dat hij heel wat heeft opgestoken uit zijn tijd in San Francisco. “Ik kan moeilijk uitdrukken hoeveel ik afgelopen jaren precies heb geleerd”, lacht hij. “Zo moet ik het cliché bevestigen dat een goed bedrijf het maakt of kraakt door het team. Technologie kan je bouwen, maar de mensen vormen de belangrijkste schakel. Zelf ben ik op dat vlak ook al tegen de lamp gelopen. Volgens mij ben ik goed in het aanwerven van goed getalenteerde mensen, maar geef ik hen te veel werk waardoor ze minder efficiënt worden. Daarnaast heb ik geleerd dat je als starter snel senior profielen moet aantrekken, en geen kopieën van jezelf.”
Volgens mij ben ik goed in het aanwerven van goed getalenteerde mensen, maar geef ik hen te veel werk waardoor ze minder efficiënt worden
“In die zin kan je stellen dat de grootste verwondingen van een start-up worden toegebracht door zichzelf. Eigenlijk hoef je je dus ook geen bal aan te trekken van andere bedrijven. Concurrentie is niet moordend, je maakt de situatie enkel moordend voor jezelf.”
Spijt van bepaalde dingen heeft de ondernemer niet. “Er is misschien één ding dat ik echt anders had moeten doen”, nuanceert hij. “Ik heb op sommige bestaande dingen van de software verder gebouwd omdat ik wist dat ze niet volledig waren wat ze moesten zijn. Terwijl ik vaak beter from scratch was begonnen. In het algemeen moeten start-ups soms sneller dingen aan de kant smijten en opnieuw beginnen met het programmeren van hun oplossing. Maar achteraf gezien is dat natuurlijk makkelijk om te zeggen, dat besef ik ook wel.”
Eerst afkicken, dan nieuwe start-up in Europa
Terwijl Davy Kestens nog volop aan het afkicken is van zijn Sparkcentral-avontuur, broedt hij al op plannen om een nieuwe start-up te lanceren. Concrete plannen zijn er nog niet. “Ik ken mezelf, ik ben niet iemand die graag stilzit”, grijnst hij. “En ik zie mezelf niet in loondienst werken voor één of andere corporate. Sowieso wil ik iets starten in de consumer space, en liefst vanuit België voor de Europese markt. Je hoort zo vaak faalverhalen van B2C start-ups die kopje onder gingen. Wel, ik ben ervan overtuigd dat het kan, en dat wil ik ook bewijzen. Een nieuw product bouwen voor een nieuwe markt interesseert me niet echt. Noch heb ik allesbehalve de ambitie om een tweede Facebook ofzo te ontwikkelen.”
Ik heb echt zin om van die verouderde sectoren, zoals nutsbedrijven of verzekeringen op te zoeken en daar drastische veranderingen door te drijven
“Nee, ik wil vanuit een bestaand businessmodel vertrekken, bepaalde pijnpunten wegnemen en het zo verbeteren dankzij digitalisering. Ik heb echt zin om van die verouderde sectoren, zoals nutsbedrijven of verzekeringen op te zoeken en daar drastische veranderingen door te drijven. Met een rugzak aan ervaring weet ik wel hoe de vork in de steel zit, denk ik. Bovendien zijn er investeerders die meteen opnieuw zouden investeren, en heb ik een mooi netwerk van high-potentials uitgebouwd.”
Maar eerst, na een aantal weken te hebben gereisd, wil Kestens vooral andere start-ups helpen. “Misschien doe ik wel wat consultancy - geen idee, mijn plannen zijn nog te vaag daarvoor”, klinkt het. “Of ik ook ga investeren in andere bedrijven? Dan zullen het eerder micro-investeringen zijn: grote bedragen zijn pas voor wanneer Sparkcentral ooit is verkocht (lacht).”