Hoe deze Brusselse start-up de Belgische deeleconomie op de kaart zette

ListMinut is een veteraan van de deeleconomie in ons land. Deze Belgische versie van de Amerikaanse online klusdienst TaskRabbit verbindt dienstverleners met klanten en zag al heel wat ups en downs, van legale problemen tot pivots. Bloovi sprak met Christophe Kalbfleisch, een van de drie oprichters en huidig COO, over wat hij leerde uit de laatste vijf jaar en wat de toekomst brengt voor hun platform.

Pionier in de Belgische deeleconomie

ListMinut is een online platform waar dienstverleners en klanten elkaar kunnen vinden voor allerhande klusjes. In essentie is het de Belgische versie van TaskRabbit. “We haalden de mosterd inderdaad bij hen”, windt medeoprichter en COO Christophe Kalbfleisch er geen doekjes om. “Toen we voor een schoolopdracht een businessplan moesten schrijven, kwamen we op het idee om iets gelijkaardigs te doen als TaskRabbit, maar dan in België.”

“Stel dat je op zoek bent naar een tuinman, klusjesman, babysitter of om het eender welke service, dan brengt het online platform jou in contact met aangesloten dienstverleners waar jij als opdrachtgever uit kan kiezen”, legt Kalbfleisch uit hoe het in zijn werk gaat.

ListMinut zag het licht in 2012 en werd opgericht door drie toenmalige studenten. Ondertussen is het een van de belangrijkste spelers in de Belgische deeleconomie. Ze haalden in drie investeringsrondes 1,35 miljoen euro kapitaal op, hebben intussen circa 100.000 Belgische gebruikers en werken met bijna 6.000 dienstverleners. Daarnaast vervulden ze een pioniersrol in de deeleconomie, zo was ListMinut het eerste bedrijf dat erkend werd onder de Belgische regelgeving voor de deeleconomie.

Platform stopzetten

Maar dat alles ging niet altijd van een leien dakje. “Er waren heel wat extra uitdagingen die we in het begin helemaal niet zagen”, aldus Kalbfleisch. Zo was er het legale aspect, bij de opstart bevond hun platform zich immers in een grijze zone. “Nadat we voor de eerste keer op de televisie kwamen, kregen we een telefoontje van het arbeidsauditoraat met de boodschap dat we onze site direct moesten stopzetten. Blijkt dat er een grijze zone bestaat tussen zwartwerk en echt zelfstandig zijn”, verduidelijkt hij. “Indien je bijvoorbeeld als zelfstandig tuinman wil beginnen, is dat moeilijk vanwege alle belastingen, sociale bijdragen en administratieve kosten. Dus beginnen de meesten in het zwart en worden ze pas zelfstandig als er voldoende opdrachten binnenstromen.”

Als marktplaats voor dat soort dienstverleners kreeg ListMinut al snel de kritiek dat ze zwartwerk faciliteren. “We hebben een paar jaar met de overheid gewerkt, en uiteindelijk zijn we het eerste platform geweest dat erkend werd onder de nieuwe regelgeving voor de deeleconomie”, klinkt Kalbfleisch niet weinig trots. Via die regelgeving kan je een beperkt bedrag verdienen op deeleconomieplatformen, zonder de rompslomp van jezelf als zelfstandige te registreren.

Omzet maal vijf

Daarnaast moest ListMinut ook een pivot maken in hun interne werking. “Vroeger hadden we een veel groter aanbod, op een gegeven moment zelfs 30.000 dienstverleners. Maar de kwaliteit van hun service was niet altijd super, en net die interactie is het belangrijkst voor klanten. En dus zijn we veel meer gaan inzetten op de kwaliteit in plaats van kwantiteit.” Dat betekende een interne omslag, met een intensievere begeleiding van de dienstverleners. “We proberen nu al onze dienstverleners persoonlijk te ontmoeten, en leggen meer dan ooit de nadruk op een sterke klantervaring.”

Arbeidsintensief was het in ieder geval, maar het wierp wel zijn vruchten af. “Intern was die verandering een gigantische challenge. We automatiseren veel dingen, maar het menselijke contact blijft belangrijk en kost nu eenmaal veel tijd. De resultaten zijn er echter wel, na die verandering is onze omzet in zes maanden tijd vervijfvoudigd.”

Tweezijdige marktplaatsen

ListMinut is een zogenaamde tweezijdige marktplaats, die twee partijen met elkaar verbindt. En dat soort platformen hebben het niet altijd makkelijk in België. Zo werd Flavr, een platform dat hobbykoks met klanten verbond, begin mei stopgezet en ging in 2016 Take Eat Easy ten onder aan concurrentie van Deliveroo.

De founders van ListMinut zijn zich goed bewust van de problemen die Belgische platformen ondervinden. “Het is een kleine wereld, iedereen kent elkaar wel”, weet Kalbfleisch. Hij vat het probleem ook onmiddellijk samen: “In essentie is het een kip-en-ei-probleem. Je moet tegelijk dienstverleners en klanten vinden, en dat is niet gemakkelijk want het kost erg veel geld.”

Daarnaast is de Belgische markt ook klein. “En bovendien gefragmenteerd in twee talen”, merkt Kalbfleisch op. “Een vergelijkbaar platform in Parijs heeft in één klap meer dan tien miljoen potentiële klanten, in België is dat natuurlijk niet zo. Een groot deel van de Belgische start-ups zijn B2B en niet B2C, wat logisch is gezien onze markt.”

Een mogelijke stap is dan om te internationaliseren, wat ListMinut trouwens al geprobeerd heeft. “Iets meer dan een jaar geleden hebben we ons platform uitgebreid naar Parijs, waar we een mooie groei kenden. Maar aangezien het ons te veel geld kostte, zijn we daar helaas mee moeten stoppen”, legt Kalbfleisch uit.

“We willen ons nu eerst in België sterker maken”, klinkt het. “De internationale ambitie blijft, maar naar het buitenland trekken doen we enkel nog wanneer we daar echt klaar voor zijn. En dat is een fout die veel start-ups maken: ze willen te snel groeien in andere landen. We zijn ook in die val getrapt, maar hebben er wel heel veel van geleerd.”

1,35 miljoen euro opgehaald

Uiteindelijk wist ListMinut al deze obstakels te overwinnen, en meermaals slaagde het bedrijf erin om vers kapitaal op te halen. “Drie keer haalden we kapitaal op, nadat we bijna niets meer op onze bankrekening hadden staan. Maar na hard werken hebben we ons idee kunnen valideren en telkens een stap hoger kunnen brengen. En onze investeerders, die hebben ons steeds gevolgd”, zegt Kalbfleisch.

Drie kapitaalrondes brachten in totaal 1,35 miljoen euro in het laatje. Winstgevend is ListMinut echter nog steeds niet, wat niet ongewoon is bij dit soort platformen. “Dat is typisch bij tweezijdige marktplaatsen. TaskRabbit is pas na 8 jaar winstgevend geworden, en Uber is vandaag nog steeds niet rendabel.”

Of ze dan niet bang zijn dat een buitenlandse speler als TaskRabbit de Belgische markt op agressieve wijze zal betreden? “Het is moeilijk voor TaskRabbit om zich in België te lanceren. De taal is erg belangrijk en je hebt een heel support team nodig. Legaal en cultureel is het heel moeilijk om hier te beginnen. In Frankrijk heb je bijvoorbeeld een tiental vergelijkbare bedrijven, maar ze blijven in hun land vanwege de operationele kosten.”

“Dus neen, we zijn niet bang”, herhaalt Kalbfleisch. “Het zou eerder een opportuniteit zijn om samen te werken met TaskRabbit, dan dat we met ons tweetjes zouden vechten voor zo'n kleine markt.”

Winstgevend worden

Als je het parcours dat het bedrijf tot dusver aflegde bekijkt, zou je haast vergeten dat ListMinut werd opgericht door studenten. “Die beginperiode was heel intensief”, blikt Kalbfleisch terug. “Vaak wordt gezegd dat het beter is om eerst ervaring op te doen. Maar rechtstreeks vanop de schoolbanken een start-up oprichten heeft zeker ook zijn voordelen: je hebt geen kinderen om te onderhouden of een huis om af te betalen. Je kan met andere woorden de risico’s beperken. En als je na een jaar moet stoppen, is die ervaring nooit verloren. Omdat je op heel korte tijd heel veel bijleert”, besluit hij. Wat de toekomstplannen zijn? "Nu hebben we een heel sterke groei, dus dat moeten we goed beheren. Momenteel ligt de focus op winstgevend worden. Daarna kunnen we nadenken over opnieuw uitbreiden, bijvoorbeeld naar andere landen.”

En sinds 8 juni is er de ListMinut app. “Daarmee kan je bijvoorbeeld vanop de trein met een paar klikken een babysitter aanvragen voor diezelfde avond. Die extra service gaat de klantervaring echt helemaal veranderen!”