De toon is gezet voor dit Vlaams ondernemerskoppel: “We hebben moeten leren om openlijk trots te zijn op ons concept”

Tine Blondeel en Stijn Verdonckt

In hartje Ardennen ligt Daft Studios, een creative residency waar artiesten nummers komen schrijven, een nieuw album opnemen en samenwerken met ander muzikaal talent. Het is harmonieus versmolten met Daft Hotel, een “plek voor artiesten en toeristen, voor influencers & boeddhisten”. Drijvende kracht achter Daft is het West-Vlaamse ondernemerskoppel Stijn Verdonckt en Tine Blondeel. “We hebben moeten leren om openlijk trots te zijn op ons unieke concept, in plaats van er vals bescheiden over te doen.”

Stijn Verdonckt kreeg in 2005 een job als opname-assistent in La Chapelle Studios, verstopt in het Waalse dorpje Waimes. Het beviel hem er zo goed dat hij besloot te blijven, in 2008 zelfs de studio overnam en die verbreedde tot een creatieve muziekresidentie, waar elke stap in het proces - van songs schrijven over afmixen tot repeteren voor concerten - kon plaatsvinden.

Samensmelting van werelden

Samen met zijn vriendin kocht Verdonckt in 2015 een grond in Malmédy en bouwde er een nieuw complex dat beter voldoet aan de vereisten van zo’n residentie. Naast de Studios rees intussen Daft Hotel uit de grond, een verrassend modern gebouw verscholen in het groen, dat artiesten verwelkomt maar evengoed gezinnen, koppels en toeristen en zich perfect leent voor seminaries of corporate events.

Daft werkt ook samen met het nabijgelegen circuit van Francorchamps: zo komt het Michelin-team af en toe overnachten en verblijft de Britse Formule 1-ploeg Aston Martin er tijdens de Grand Prix van België. Kortom, een concept waar letterlijk en figuurlijk muziek in zit.

“Het zorgt vooral voor een leuke samensmelting van werelden die doorgaans mijlenver uit elkaar liggen. En het verzekert ons dat wij vrijwel nooit een laagseizoen kennen”, zegt Verdonckt. “Dat werk en privé er constant door elkaar lopen, is voor ons wel een leerproces geweest. Het biedt nog altijd meer voordelen dan nadelen om ter plaatse te wonen - de kinderen spreken intussen beter Frans dan mij - maar het vraagt wel een zekere discipline als ondernemerskoppel om het werk niet te veel in huis te laten komen. We praten er wel over, ook al omdat het ons beider passie en droom is, maar we vermijden dat het daarbij over operationele zaken en businessafspraken gaat. Het is een grens die wij steeds goed bewaken.”

Heel veel flexibiliteit

Daft is dus actief in de muziekbusiness en horeca, en laat dat nu twee van de meest door de coronacrisis getroffen sectoren zijn. Hoe het ondernemerskoppel dat beleefd heeft, willen we dan uiteraard weten. “Vooral in 2020 hebben we afgezien en zagen we de financiële reserves die we hadden opgebouwd verdampen”, vertelt Verdonckt. “Maar we hebben ons achtkoppige team kunnen behouden, wat voor ons een absolute prioriteit was.”

“Bovendien hebben we van de drie maanden sluiting tijdens de eerste lockdown gebruikgemaakt om de dingen aan te pakken die bleven liggen, zoals de nieuwe website en branding, of de reorganisatie van onze voorraad. Vanaf juni 2020 zijn we op de een of andere manier altijd open kunnen blijven, wat heel veel flexibiliteit vroeg. We bouwden heel snel kamers om tot ‘mini-restaurantjes’ en werkten samen met een traiteur die ook willens nillens dicht moest, om zo samen de toeristen tussen al dat thuiswerken door een ontspannende ‘break’ te kunnen bezorgen. Omdat we zo’n jong en dynamisch team zijn, kon dat op enkele dagen opgezet worden, waar de grote hotelketens soms maanden voor nodig hadden.”

Of ze ook met digitale en online alternatieven hebben geëxperimenteerd? “We hebben een online mixing service opgezet, die een tijdje goed heeft gewerkt. Maar het paste niet in onze filosofie van muziek als samen dingen creëren”, stelt Verdonckt. “We zullen die service wel als tool behouden en er verder aan werken, maar het fysieke zal toch altijd primeren.”

“In het hotel zijn we dan weer snel beginnen werken met de app ‘Wat Drink Je’ waarmee gasten via hun telefoon bestellingen konden doorgeven en betalen. Die app is begonnen als experiment, maar is intussen een hoeksteen van onze operationele activiteiten geworden. We kozen trouwens voor een ‘honesty bar’: de gast kan zelf zijn drank nemen, zonder barman. Veel ondernemers vinden dat een gedurfde keuze. Noem het disruptief, maar wij zijn niet voor niets ‘daft’ (oud Engels woord dat staat voor: gedurfd, met een hoek af; nvdr).”

New kind of hospitality

Wat de toekomstplannen betreft, wil het koppel Daft Studios en Daft Hotel nog unieker en exclusiever maken, zodat de new kind of hospitality die ze op hun website beloven volledig tot zijn recht komt. “Dat gaat erover dat gasten bij ons écht moeten kunnen thuiskomen”, legt Verdonckt uit. “Wij willen artiesten, toeristen en bedrijven maximaal ontzorgen in een relaxed en inspirerend kader, midden in het groen. Lekker eten, een super vriendelijk team, professionele service, maar zonder poespas, dat vinden we belangrijk. En natuurlijk ook kosten noch moeite sparen om up-to-date te blijven.”

“Zo hebben we een nieuwe vleugelpiano gekocht voor de studio en houden we de ogen open voor andere zeldzame en vintage instrumenten die te koop komen - daar hebben we intussen een fraaie collectie van”, zegt Verdonckt niet zonder enige trots.

“Verder zullen we enkele ruimtes in de kelder tot writers rooms uitbouwen, hebben we in juni voor het tweede jaar op rij ons eigen festival georganiseerd en kregen we de hele crew van de televisieprogramma’s Liefde voor Muziek en X-Factor Italië over de vloer. We blijven ook onze derde poot verder uitbouwen: als creative agency willen we namelijk artists & brands partnerships opzetten en bruggen bouwen tussen artiesten en merken. Daar kunnen zij heel coole content marketing mee doen die dicht bij hun DNA ligt. We willen eigenlijk constant groeien: niet door groter, wel door beter te worden.”

“Ten slotte kijken we uit naar nieuwe toeristische opportuniteiten, omdat er op dat vlak toch heel wat aan het gebeuren is in de Ardennen - kijk maar naar Durbuy en zo. Of Marc Coucke al is langsgekomen? Nee, nog niet”, lacht Verdonckt. “Wij zien het misschien niet op zijn manier maar hij is altijd welkom, want we praten met iedereen.”

Kinderziekte

Ten slotte horen we graag welke ondernemerslessen het koppel in de afgelopen zeven jaar heeft geleerd, ten goede of ten kwade. “Schoenmaker, blijf bij je leest”, antwoordt Verdonckt zonder lang na te denken. “Dat is de belangrijkste: niet alles zelf willen doen, maar je omringen met de juiste mensen, zodat jij op de core business kan focussen. Dat was een kinderziekte die we er echt uit hebben moeten krijgen.”

“Nog een les, die wellicht kan verklaard kan worden door onze West-Vlaamse roots: niet vals bescheiden, maar vooral trots zijn op wat we hier gerealiseerd hebben. We waren dat uiteraard wel, maar durfden het gewoon niet uitspreken. We zijn van nature niet het type dat zijn eigen winkel gaat verkopen en de hemel in prijzen maar we hebben, ook omdat we beiden niet uit een ondernemersnest komen, echt moeten leren dat we - zij het op de juiste manier - met veel fierheid kunnen en mogen vertellen wat we hier doen. Ook al omdat dat een heel goede manier van marketing is. Maar het blijft ook a work in progress, want er komen hier nog altijd mensen die zeggen dat het groter en unieker is dan ze zich hadden voorgesteld.”

“Ten slotte moet je als ondernemer altijd even fris en alert blijven als op dag één. Als je iets hebt dat goed werkt, is er altijd het risico dat je indommelt. Dat mogen we niet doen, vooral omdat de muziekbusiness razendsnel evolueert. Wakker worden en vaststellen dat we de trein gemist hebben, dat zal niet snel gebeuren. Er ligt bij ons altijd een plan op tafel om ook overmorgen nog relevant te zijn”, besluit Verdonckt.