Grote bedrijven uit de voedingsindustrie bundelen de krachten in één gedeeld innovatielab. Dat unieke pilootproject, dat in de toekomst ook uitgebreid wordt naar andere sectoren, is een creatie van Stretch Innovation. De onderneming helpt bedrijven om te innoveren en hanteert daar een atypische aanpak voor. Geen kleine tweaks en upgrades hier en daar, benadrukt founder Stijn van Daele, maar fundamentele non-core innovaties die met nieuwe producten nieuwe markten aanboren. “Ondernemingen die hun innovatie beperkten tot hun core business, komen vroeg of laat in de problemen.”
Stijn van Daele lanceerde Stretch Innovation in 2020, in volle coronacrisis. “We helpen bedrijven innoveren, helemaal van begin tot eind. We spotten vanuit trends en andere bronnen nieuwe businessopportuniteiten, we gieten die in een strategie, we valideren ze én we brengen ze naar de markt. Vooral bij die laatste stap zag ik een gat in de markt. Een innovatiestrategie uitstippelen is complex, de meeste agencies stoppen dan ook bij de strategie. De meest risicovolle fase van een innovatietraject, de implementatie, blijft liggen. Het resultaat is dat veel potentieel waardevolle innovaties nooit het daglicht zien. Bedrijven geven veel geld uit aan strategieën die ergens in een schuif belanden. Die weggegooide budgetten, daar wilden wij met Stretch Innovation iets aan doen.”
“Het grootste obstakel bij innovatietrajecten ligt niet bij de ideeën. Die zijn er genoeg. Bij bedrijven horen we voortdurend: ‘Oh ja, dat hebben we al eens geopperd’. Ideeën genereren is echt niet de moeilijkheid, de grote uitdaging is het valideren en het effectief op de markt krijgen van die innovatieve ideeën. Veel ideeën beginnen te circuleren, maar lopen vroeg of laat stuk op structuren of hiërarchieën. Innovatie gaat ook over het proces. Om succesvol te ondernemen, moeten ondernemingen buiten hun klassieke structuren en processen durven denken en handelen.”
Om succesvol te ondernemen, moeten ondernemingen buiten hun klassieke structuren en processen durven denken.
Focus op non-core innovatie
Telenet, What’s Cooking, Renson, Uitgeverij Lannoo,...: Stretch Innovation wist op amper drie jaar tijd al een indrukwekkende klantenlijst bij elkaar te krijgen, in bijzonder uiteenlopende sectoren. “Dat is net onze sterkte: we kunnen bruggen slaan en businessmodellen van de ene sector meenemen naar de andere”, legt Van Daele uit. “Mensen vragen ons wel eens hoe we nu als jonge onderneming al die sectoren door en door kunnen kennen. Maar dat doen we niet. Dat moet ook niet. Wij kijken met een outside-in blik naar al die sectoren. We zijn de buitenstaanders, die met onze open en nieuwsgierige vragen voor nieuwe inzichten en ideeën zorgen. Als je té diep in één bedrijf of één sector zit, kan dat de creativiteit afremmen. Dan ben je geneigd om te blijven doen wat je altijd al hebt gedaan.”
“Innovatie is in veel bedrijven volledig toegespitst op wat wij ‘Horizon 1’ noemen. Ze verbeteren hun bestaande producten en diensten, of ze lanceren nieuwe producten of diensten op hun bestaande markt. Maar de échte groei en de grootste return zit in Horizon 3 of non-core innovatie. Pas wanneer je met nieuwe producten of diensten ook een nieuwe markt aanboort, kan je exponentieel groeien. Op die diepgaande, fundamentele non-core-innovatie ligt onze focus. Daar hebben veel ondernemingen niet de middelen en niet de mindset voor.”
We zijn de buitenstaanders, die met onze open en nieuwsgierige vragen voor nieuwe inzichten en ideeën zorgen.
“Als bedrijven in de problemen raken, is dat vaak omdat ze hun non-core innovatie te lang hebben verwaarloosd. Op een bepaald moment zien ze hun omzet en hun winst dalen. Het is de normaalste zaak van de wereld dat een markt na verloop van tijd verzadigd raakt. Als je dan geen innovatief product in de pijplijn hebt zitten dat beantwoordt aan de veranderende vraag van de markt, dan zit je pas echt in de knoei. Dan kom je er niet door in zeven haasten een start-up over te nemen.”
Non-core innovatie is een aparte discipline in het innovatievak, benadrukt Van Daele. “Daar bijten veel bedrijven hun tanden op stuk, merken we. “Je moet niet alleen op je eigen markt trends monitoren, klanten bevragen en opportuniteiten spotten. Je moet dat ook in andere sectoren en op andere markten doen, die verder van je corebusiness liggen. Daar heb je een nieuw team nodig, want het bestaande team heb je nodig om je corebusiness niet te laten verslappen. Zo’n nieuw team is duur, terwijl de innovatiebudgetten hier in België eerder klein zijn. Bovendien vraagt non-core innovatie specifieke expertise, die bedrijven vaak niet in huis hebben. Vaak is innovatie nog een synoniem voor R&D, terwijl het bij Horizon 3 minstens zo sterk draait rond new business building. Die reflex heeft een R&D-manager niet.”
Uniek pilootproject
Om die non-core innovatie nog te versnellen en te versterken lanceert Stretch Innovation een gloednieuw pilootproject. “We zetten een shared innovation lab voor de voedingsindustrie op, een unieke benadering van innovatie”, vertelt Van Daele. “We hebben een paar grote klanten in de voedingsindustrie, zoals What’s Cooking. Die zijn allemaal voortdurend op zoek naar de next big thing in hun sector. Maar ze doen dat nu allemaal op hun eigen eilandje. In elk innovatietraject zijn de eerste fases sectorgebonden. Het gaat dan over de markt en nog niet over de eigen onderneming. Als bedrijven in die fases de krachten bundelen en een deel van de innovatiekosten delen, kunnen ze een turbo zetten op hun innovatie.”
“Een voorbeeld: we zien dat mensen minder vlees eten en dat er dus nood is aan vleesvervangers. Hoe groot die vraag is, welke alternatieven er al op de markt zijn, wat er elders in de wereld beweegt: dat zijn allemaal dingen die het team achter het innovatielab gaat onderzoeken voor de bedrijven uit de voedingsindustrie. Ze kunnen dat ook allemaal apart doen, maar dan gaan ze voor veel hogere uitgaven toch allemaal dezelfde data verzamelen.”
Bijna iedereen bij Stretch innovation heeft een side project. Voor mij is dat allemaal ondernemerschap, in de breedste zin van het woord.
“De volgende stap is dan: wat ga je als onderneming doen met die data en met de opportuniteiten die je op de markt spot? Dat verschilt natuurlijk van onderneming tot onderneming, afhankelijk van je doelgroep, maar ook van je expertise, je slagkracht,… Eén trend kan dus vertaald worden in andere strategieën en andere producten. Dan zetten wij ook onze kennis van andere sectoren in, om nieuwe businessmodellen en -concepten uit de grond te stampen en écht aan non-core innovatie te doen. In die fase komt er een Chinese Muur te staan tussen de bedrijven die mee in het shared innovation lab stappen.”
“We zitten dus met alle deelnemers aan het innovatielabo apart samen, elke drie weken. Maar we stellen ook een board samen waarin ze allemaal vertegenwoordigd zijn, en die elk kwartaal de gedeelde uitdagingen en de gedeelde aanpak zal bespreken. We hebben het pilootproject nog maar net voorgesteld aan bedrijven uit de voedingsindustrie, maar de belangstelling is groot. Het toont dat er iets beweegt, dat de geesten rijpen rond het belang van non-core innovatie. Dit pilootproject is voor zover we weten uniek in de wereld. Als het aanslaat, willen we het ook exporteren naar andere sectoren.”
Resultaatgedreven budgetten
Het shared innovation lab is volgens Van Daele tekenend voor de aanpak van Stretch Innovation. “We zijn niet tevreden als we 300 uren kunnen factureren aan een klant, we zijn tevreden als we impact hebben voor die klant. Veel bedrijven zijn gefrustreerd over de agencies waar ze mee samenwerken. Elke maand en elk kwartaal hebben ze discussies over de budgetten: ‘Wat hebben jullie nu precies gedaan voor die X duizend euro?’ Wij willen het anders doen. Innovatiever. Onze budgetten zijn sterk bonusgedreven. We stellen samen met onze klanten innovatiedoelstellingen op. Worden die gehaald, dan hebben wij een eerlijke vergoeding, maar dan heeft de klant ook een succesvolle en impactvolle innovatie. Die afspraken zijn van meet af aan helder. We zweren bij verregaande transparantie en ownership.”
“Bijna iedereen bij Stretch Innovation heeft een side project. Dat kan een webshop zijn, maar evengoed een carrière als topsporter. Voor mij is dat allemaal ondernemerschap, in de breedste zin van het woord. Als je die kick eenmaal gewoon bent, dan ga je die ook op je werk opzoeken, voor je klanten.”