Wat myNEO overhield aan zijn titel ‘Most Disruptive Innovator’ van Deloitte’s Technology Fast 50: “Investeerders nemen ons veel sneller au sérieux”

myNEO was in 2022 Most Disruptive Innovator van de Deloitte Technology Fast 50

De start-up myNEO werd in 2022 uitgeroepen tot meest disruptieve innovator tijdens de Technology Fast 50, het programma van Deloitte dat dit jaar zijn tiende editie viert. Maar wat betekent zo’n erkenning eigenlijk voor de laureaat? “Je traject delen met je medegenomineerden is heel leerrijk, omdat je als start-up ongeacht je branche voor dezelfde uitdagingen staat.”

Elk jaar maakt Deloitte zijn Technology Fast 50 bekend, de lijst van de 50 snelst groeiende technologiebedrijven in België. Maar naast de uitreiking van de award aan het bedrijf dat de meest indrukwekkende cijfers laat zien, is er ook ruimte voor erkenning van andere prestaties.

Zo wordt de Most Disruptive Innovator award uitgereikt aan een jong bedrijf dat het meest revolutionaire concept of product ontwikkelde binnen een specifiek technologiesegment. Op de laatste editie was dat myNEO, een Gentse start-up die via een digitale genetische tumortweeling (digital twin) van een patiënt volledig gepersonaliseerde immunotherapieën ontwerpt.

Twee nieuwe algoritmes

“Wij voeren deep genomic profiling uit op tumoren van patiënten om biofarma-bedrijven te ondersteunen bij de ontwikkeling van immunotherapieën”, legt Bert Coessens, COO bij myNEO, uit. “Waar de disruptieve innovatie concreet zit? Ten eerste hebben wij gekeken naar de grote bottlenecks in het ontwikkelingsproces van immunotherapieën, om te ontdekken hoe het efficiënter kon.”

“Daarnaast brengen we alle 3 miljard basenparen van het tumor-DNA in kaart, niet enkel de voor de hand liggende coderende gebieden – ook in gebieden die daar op het eerste gezicht niet voor in aanmerking komen. Door zo breed te kijken, krijgen we een heel gedetailleerd beeld van de tumor en hoe die verschilt van onze normale cellen. Met myNEO's gevalideerde technologie kunnen we hierdoor heel snel en accuraat de meest waardevolle targets voor immunotherapie terugvinden.”

“Door samen te werken met verschillende biofarma-spelers in de markt, zijn we er in geslaagd om snel een groot aantal digital tumor twins op te bouwen waarmee we continu onze algoritmes verfijnen en verbeteren.”

Vooruitgang binnen kankertherapie

Dat klinkt inderdaad behoorlijk innovatief en disruptief, wat ons bij de logische vraag brengt of ze dan ook verrast waren door hun Most Disruptive Innovator-award, of het stiekem wel zagen aankomen? “Enerzijds was het een verrassing, omdat we in een lijst met indrukwekkende medegenomineerden stonden. De concurrentie was niet mals, zodat de overwinning toch ergens onverwacht was.”

“Anderzijds waren we al drie jaar bezig met nadenken over hoe we vooruitgang in ons domein kunnen boeken. MyNEO heeft zich vanaf het begin ingezet voor kankertherapie. We moeten behandelingen ontwikkelen die specifiek ontwikkeld en afgestemd zijn voor tumor-targets die bij de patiënt aanwezig zijn.”

“En dat proces zijn wij vooruit gaan duwen: we hebben ons afgevraagd wat daarvoor nodig is, met wie we daarvoor moeten samenwerken, welke technologie daarin belangrijk is, welke logistieke stappen daarbij moeten gezet worden, wie de verschillende stakeholders zijn. We hebben dat allemaal in kaart gebracht en zijn dat ecosysteem al drie jaar continu aan het monitoren, en de verschillende to-do’s een voor een aan het afvinken. Ik denk dat de jury vooral die inspanning gezien en erkend heeft.”

Actief in de VS

Most Disruptive Innovator is natuurlijk een mooie titel, maar heeft het daarnaast ook iets opgeleverd voor myNEO? Zijn er deuren geopend of nieuwe opportuniteiten blootgelegd? “Je kan natuurlijk niet om de enorme hoeveelheid visibiliteit heen die je krijgt”, lacht hij.

“Hoewel dat ook relatief is: die aandacht is vooral in de lokale markt, terwijl wij een internationale speler zijn – vooral dan in de VS, waar personalised cancer vaccines heel sterk worden gepushed. Maar het is natuurlijk altijd fijn om in die markten te kunnen zeggen dat je een award voor Most Disruptive Innovator hebt gekregen. Wat ten slotte vanaf dag één in ons DNA zit, wat ik eerder al toelichtte.”

“Nog een opportuniteit? Als jong biotech-bedrijf zijn wij ook altijd op zoek naar nieuwe fondsen en talenten om onze groei verder te zetten en te versnellen, en dan komt zo’n erkenning uiteraard heel goed van pas. Als je dan binnenkomt bij een investeerder met de titel van Most Disruptive Innovator onder de arm, word je veel sneller au sérieux genomen. Je naam gaat dan ook sneller rond in de juiste kringen. Zeker omdat de Technology Fast 50 van Deloitte de afgelopen tien jaar meer dan genoeg naam hebben gemaakt in de ondernemerswereld.”

Dezelfde uitdagingen bij start-ups

“Tijdens het Fast 50 evenement kom je heel wat gelijkgestemden tegen waar je expertise, ideeën en ervaringen mee kan uitwisselen. Bijvoorbeeld over het reilen en zeilen in een tech start-up, of over hoe je met investeerders omgaat, of over subsidies, rekrutering van specifieke profielen, enzovoort.”

“Het traject van anderen is heel leerrijk om te horen, omdat je als start-up ongeacht je branche voor dezelfde uitdagingen staat als het over bedrijfsvoering gaat. Kortom, de titel van Most Disruptive Innovator winnen is fijn en opent deuren, maar deelnemen op zich is al een verrijking.”

“Ook al omdat je binnen het Rising Star-programma – dat niet op de omzetgroei van Fast 50 focust, maar op jonge bedrijven en hun businesscase – doorheen de verschillende rondes heel wat feedback en gerichte vragen krijgt van de juryleden. En aan de zijlijn staat ook Deloitte steeds klaar om advies te geven en gericht te ondersteunen.”

Nog een lange weg afleggen

Wat we uiteindelijk nog willen weten, is hoe myNEO die verrijking en erkenning als brandstof gaat gebruiken. Anders gezegd: waar wil de start-up op termijn staan? “Dat is natuurlijk the million dollar question”, lacht Bert Coessens. “In de eerste plaats willen we onze visie van verfijnde immunotherapieën op basis van de tumorbehandelingen realiteit zien worden, zodat we echt een verschil kunnen beginnen te maken voor mensen die geconfronteerd worden met kanker.”

“Er is echter nog een lange weg af te leggen om dat te bereiken, dus als wij in de komende jaren met de juiste partners aan de kar kunnen trekken voor indicaties waar de klinische nood het grootst is, en als we hiervoor één of meerdere klinische studies gestart krijgen, dan zullen wij al heel gelukkig zijn. Op die manier kunnen we echt een pad effenen richting die patient-centered cancer vaccines. Dat laatste willen we dan binnen de vijf à acht jaar op de markt krijgen. Dat is de ambitie die we waar willen maken.”