Over crowdfunding is in het verleden al heel wat inkt gevloeid. Deze relatief jonge financieringsvorm zette haar eerste serieuze stappen rond 2008 met de opkomst van enkele grote crowdfundingplatformen zoals Indiegogo en Kickstarter. Heel wat crowd enthousiastelingen voorspelden dan ook een ferme ommezwaai in de financiële wereld en de manier waarop projecten zouden worden gefinancierd. Maar inderdaad, innovation takes time.
Na een gezonde dosis wantrouwen en een moeilijke pubertijd, mede door het ontbreken van een duidelijk wetgevend kader, lijkt crowdfunding eindelijk volwassen te worden. De markt bloeit en wordt gekenmerkt door een enorme diversiteit aan verschijningsvormen in verschillende marktsegmenten: van peer-to-peer fundraising tot equity crowdfunding, én van vastgoed tot social profit. Maar waar staan we vandaag?
Complexe markt
De crowdfundingmarkt wordt vandaag getypeerd door hyper-competitiviteit. Zo proberen verscheidene niche crowdfundingplatformen, die zich focussen op onder meer gaming, kunst, mode of sociaal ondernemerschap, zich te onderscheiden van generalistische crowdfundingplatformen waarop alles mogelijk is in om het even welke sector.
Daarnaast heb je op een hoger niveau nog de tweestrijd tussen bovenstaande groep van platformen en de white label providers. Deze laatsten bieden tools aan waarmee organisaties, gaande van ngo’s tot slimme steden, hun eigen platform bouwen om aan crowdfunding te doen, én dit ook volledig zelf kunnen beheren (DIY-crowdfunding). Net zoals het gemak waarmee mensen vandaag een webshop bouwen, kunnen ze ook hun eigen platform voor crowdfunding bouwen. Zo nemen startende projecten of zelfs grote bedrijven wat hun financiering betreft het heft in eigen handen.
Wie zal hier de bovenhand halen? Aangezien het werken met white-label tools gepaard gaat met beheer van eigen data, eenvoudige integraties en een enorme creatieve vrijheid, geloven wij sterk dat zij de komende jaren de markt zullen domineren. In België werken al heel wat organisaties met dergelijke tools. Zo verzamelde Natuurpunt reeds meer dan 1 miljoen euro via eigen crowdfunding tools, én positioneerde het zich als innovator binnen de wereld van ngo’s. Ook in het onderwijs zijn er heel wat voorbeelden, zo verzamelden studenten van de Brusselse school IHECS reeds meer dan van 250.000 euro voor eigen projecten.
Level-playing field
De aantrekkingskracht van crowdfunding zit hem duidelijk in het democratiserende effect ervan op verscheidene sectoren. Plots kan iedereen deelnemen aan interessante projecten, hetzij financieel hetzij intellectueel. Een goed voorbeeld zijn de recente verschuivingen binnen de vastgoedsector, die vooralsnog gespaard is gebleven van een volledige ontwrichting. Zo is het al mogelijk dat kleine investeerders instappen via een equity participatie, én dat zij bovendien via een model van crowdsourcing meedenken over het architecturaal design van het vastgoedproject. Steden kunnen perfect dit model gebruiken voor het realiseren van nieuwe stadsprojecten, én zo voldoende draagvlak creëren bij de inwoners.
Dit model kan makkelijk worden doorgetrokken op verschillende sectoren. Zo wordt er in de energiesector enorm geëxperimenteerd met het gebruik van deze tools voor de werking van coöperaties en het mee investeren in hernieuwbare energie. In verschillende regio’s worden vandaag al windmolenparken gebouwd door co-financiering van omwonenden.
Veelbelovende cijfers
Volgens Douw & Koren werd in 2017 naar schatting 24,9 miljoen euro opgehaald in de Belgische crowdfunding markt. Exacte cijfers over 2018 zijn er nog niet, maar deze lijken 2017 te zullen overstijgen. Al moet wel gezegd worden dat het in kaart brengen van de crowdfundingmarkt geen eenvoudige opdracht is. Je moet hiervoor cijfers verzamelen bij zowel algemene platformen (Kickstarter, KissKissBankBank, …) als white label providers zoals bijvoorbeeld Koalect. Dit vereist dus enig zoek- en plakwerk.
De aantrekkingskracht van crowdfunding zit hem duidelijk in het democratiserende effect ervan op verscheidene sectoren
Bij onze noorderburen gaat het hard. Daar werd volgens de laatste cijfers van 2018 zo’n 329 miljoen euro opgehaald. Als we dan even het kanaal oversteken, kunnen we meer dan verdubbelen naar 750 miljoen euro. London wordt dan ook met reden dé wereldhoofdstad van crowdfundingland genoemd. Volgens de Wereldbank zou er in het jaar 2025 zo’n 93 miljard euro in crowdfunding worden opgehaald. Sommigen gaan nog een stapje verder en mikken op 300 miljard euro tegen 2030.
Wat met traditionele financiële spelers?
Welke rol is er in de toekomst dan nog weggelegd voor de traditionele financiële spelers? Hun rol kan tweeledig zijn. Zij kunnen enerzijds op een actieve manier deelnemen aan deze alternatieve financieringsvormen door zichzelf te wagen aan de uitbouw van een crowdfunding platform, en anderzijds door zich te omringen met de juiste crowdfunding partners. In het verleden werd vaak voor de eerste optie gekozen, maar verscheidene cases in binnen -en buitenland tonen aan dat dit niet de beste zet is. Waarom niet?
Traditionele spelers mogen dan wel de nodige financiële knowhow bezitten, maar vergeten dat crowdfunding voor het grootste deel bestaat uit het uitwerken en uittesten van de juiste communicatie -en marketingstrategieën rond een crowd. En daar falen zij. Bovendien botsen deze instellingen vaak op hun eigen omvang en starheid, wat maakt dat ze niet snel kunnen reageren op verschuivingen binnen deze snel veranderende markt. En laat dit laatste net een specialiteit van start-ups zijn.
Bovendien strookt voor velen de filosofie van crowdfunding, de democratisering van de toegang tot financiële middelen, niet met de beweegredenen van deze instellingen. Vandaag zien we dat heel wat banken, naast hun traditionele financiële producten, crowdfunding als aanvullende financieringsbron aanbieden. Hiervoor kiezen ze dus meer en meer voor het model van samenwerking met meer volwassen start-ups.
We zien dan ook dat er vandaag een meer start-up friendly attitude wordt aangenomen, en dat er zelfs binnen de instellingen zelf omgevingen worden gecreëerd voor ondernemerschap dat buiten hun dagdagelijkse activiteit ligt. The Studio, het digitale innovatielab van Belfius, is hier een goed voorbeeld van.
Wat met wetgeving?
De Belgische wetgever zat lang stil, maar uiteindelijk kwam er begin 2017 dan toch een operationeel wetgevend kader. Daarin worden heel wat bijkomende regels opgelegd en worden bepaalde activiteiten, zoals het verhandelen van aandelen en leningen, gekoppeld aan het bekomen van een FSMA-vergunning. Een slopend en vooral enorm duur proces voor start-ups, wat de democratisering van toegang tot financiële middelen nog al te vaak een halt toeroept.
Op Europees niveau is er nog heel wat werk. Het ontbreken van een sterk overkoepelend kader zorgt ervoor dat het vooralsnog niet eenvoudig is om bepaalde activiteiten uit te rollen over heel Europa. Maar hier wordt aan gewerkt door belangengroepen zoals het het ECN (European Crowdfunding Network).
De laatste stappen naar volwassenheid worden gezet. Crowdfunding kent vele verschijningsvormen in onze samenleving en betekent voor elke organisatie een opportuniteit om de concurrentie een stap voor te zijn. Naast het financiële luik zorgt crowdfunding voor een vernieuwde relatie met je waardevolle crowd, alsook voor het opbouwen van een participatieve cultuur binnen je organisatie. De toekomst ligt in handen van zij die erin slagen deze technieken op een juiste manier toe te passen.