FTI SuperNova, een ambitieus technologie-event voor en door ondernemers, investeerders en techneuten, landt eind maart opnieuw in Antwerpen. De verwachtingen zijn hooggespannen. “We mikken op 3000 à 4000 aanwezigen, waaronder de 150 beste startups en scale-ups uit eigen land en het neusje van de zalm van de internationale investeerders,” klinkt het bij initiatiefnemer Jurgen Ingels (Startups.be/Scale-ups.eu) en mede-organisator Boris Bogaert (Pitchdrive). We brachten hen samen aan tafel met project lead Leen Anthuenis.

Nog maar eens een technologiefeestje? Zijn er in Vlaanderen dan al niet genoeg startup- of innovatie-events waarop veelbelovende starters met investeerders in contact kunnen komen?

Jurgen Ingels: Allebei zijn we al jarenlang professioneel actief in de de startup- en technologiescene. Wat ons daarbij vaak opvalt, is dat de echt grote VC’s wel regelmatig in Amsterdam, Londen of Berlijn opduiken op allerlei events, maar ons landje doorgaans links laten liggen. Veelbelovende Vlaamse startups of scale-ups die wat grotere bedragen willen ophalen, moeten dus vaak naar het buitenland om daar hun opwachting te maken bij de echt grote investeerders. Daarbij raken ze dan vaak ook niet echt bij de topmensen. Toen we SuperNova in 2018 uit de grond stampten, hadden we dan ook een dubbel uitgangspunt. Enerzijds moest het een soort showcase worden van het technologische kunnen van het Vlaamse bedrijfsleven, anderzijds wilden we de echt grote jongens uit het VC-wereldje naar hier halen. Dat is toen ook gelukt: in 2019 waren er opvallend meer Vlaamse bedrijven die echt substantiële investeringsbedragen hebben opgehaald. Onder meer dankzij de contacten die in 2018 tijdens SuperNova gelegd waren. Ons uitgangspunt is nu dus opnieuw: Vlaanderen gaat niet meer naar de wereld, we halen de wereld naar Vlaanderen. Dat is geen overbodige luxe: vandaag heb je als snel groeiend technologiebedrijf dat de wereld wil veroveren al snel 50 of 100 miljoen euro nodig, en dergelijke bedragen hangen hier in Vlaanderen nu eenmaal niet aan de bomen.

Boris Bogaert: Wat ons telkens opnieuw opvalt, is dat de verschillende events op dat vlak in Vlaanderen heel versnipperd of eerder lokaal van insteek zijn. Dat is in het buitenland toch duidelijk anders. Wij zijn er dan ook van overtuigd dat onze Vlaamse startups en scale-ups best gebaat zijn bij een event dat hoger mikt en duidelijk ook de internationale kaart trekt. Het komt er op aan om de echte Vlaamse topbedrijven zo snel mogelijk bij de juiste topinvesteerders te brengen, en daar willen wij met SuperNova mee de schouders onder zetten.

Vandaag heb je als snel groeiend technologiebedrijf dat de wereld wil veroveren al snel 50 of 100 miljoen euro nodig, en dergelijke bedragen hangen hier in Vlaanderen nu eenmaal niet aan de bomen.

Waarin verschilt SuperNova dan van andere events, en wat hebben jullie die absolute topinvesteerders meer te bieden zodat ze wél naar Vlaanderen willen afzakken?

Jurgen Ingels: Wij zitten al 15 jaar in deze business, en hebben dus een bijzonder uitgebreid netwerk. Met een event zoals The Big Score hebben we wel wat naam gemaakt en haalden we al de top van de Europese investeerdersscene naar ons land, met SuperNova leggen we de lat nog een stukje hoger. We zullen eind maart in Antwerpen ook fondsen uit pakweg San Francisco, Boston of China naar hier halen. Daarnaast zullen we ook geen 25 of 50 Vlaamse bedrijven in de etalage zetten, maar eerder 200 of 250. Voeg daar nog een aantal internationale sprekers aan toe die echt wereldtop zijn, en je krijgt toch een behoorlijk unieke cocktail.

Leen Anthuenis: Relaties, relaties en nog eens relaties. Daar start het allemaal mee, maar het draait natuurlijk ook om de kwaliteit van wat we doen en aanbieden. We zullen onze gasten hier behoorlijk pamperen en in de watten leggen die dagen, maar daarnaast nemen we hen ook flink wat werk uit handen door vooraf al bijzonder goed gestoffeerde dossiers aan te leggen over de bedrijven die ze hier kunnen ontmoeten. Daarnaast is het ook absoluut onze ambitie om de toegang tot het Belgische ecosysteem te vergemakkelijken. Voor vele buitenlandse spelers oogt dat immers behoorlijk ingewikkeld.

v.l.n.r.: Boris Bogaert (Pitchdrive), Lotte Geldermans (Pitchdrive), Marie Boutsen (FTI SuperNova), Leen Anthuenis (FTI SuperNova) en Jurgen Ingels (Startups.be/Scale-ups.eu)

Zit de meerwaarde van een event zoals SuperNova voor de lokale starters en scale-ups uitsluitend in de financiële draagkracht van die echt grote internationale investeringsfondsen, of gaat het toch om meer dan enkel maar centen?

Jurgen Ingels: Absoluut! Die grote internationale fondsen kunnen ook terugvallen op pakken ervaring, en dat telt natuurlijk ook. Een bedrijf in een B2C-context in de markt zetten bijvoorbeeld, dat is iets waar Vlaamse VC’s weinig of geen ervaring mee hebben. De grote jongens uit de VS zijn ook al veel langer bezig, én ze hebben ervaring in een veel grotere markt. Die extra bagage – in combinatie met een veel breder ecosysteem - is vaak van onschatbare waarde. Vergeet ook niet dat snelheid in de technologiewereld extreem belangrijk is: wie als eerste aanwezig is op een bepaalde markt, heeft al meteen een groot competitief voordeel.

Het is onze ambitie om de toegang tot het Belgische ecosysteem te vergemakkelijken. Voor vele buitenlandse spelers oogt dat immers behoorlijk ingewikkeld.

Op welke bedrijven mikken jullie nu vooral in Antwerpen?

Jurgen Ingels: In theorie is iedereen met een goed idee welkom, maar het mag bij voorkeur toch al iets meer zijn. De beste starters of scale-ups zijn meestal zij die het hele traject van fondsenwerving al eens eerder doorlopen hebben. Zij werden al met de klassieke problemen geconfronteerd en kunnen zo ook snelheid nemen. Tegelijk stellen we vast dat er in Vlaanderen bijzonder veel technologiebedrijven zitten met heel veel uitstekende ingenieurs en bijzonder veel potentieel. Het ontbreekt ons ook niet aan incubatoren of goedbedoelde kleinschalige initiatieven, maar een ander verhaal wordt het natuurlijk als veelbelovende kleine bedrijfjes plots de concurrentie met de hele wereld moeten aangaan. Wat vaak wél ontbreekt, is de internationale focus én de ambitie. We zullen in Antwerpen dus sowieso een staalkaart brengen van wat vandaag al de meest veelbelovende startups en scale-ups zijn in dit land. Daarvoor nodigen we Belgische VC’s uit om de echte toppers uit hun portefeuille in Antwerpen te komen voorstellen aan de wereld. Daarnaast gaan we ook thematisch - per sector zeg maar - op zoek het Belgische neusje van de zalm op dit moment.

Boris Bogaert: Parallel daarmee zetten we op onze pitching stage nog enkele tientallen early stage-bedrijfjes in de schijnwerpers. Ook die echte starters zijn dus absoluut welkom. Last but not least mikken we ook op grotere corporates. Vanuit het idee dat die voor een aantal uitdagingen waarmee ze vandaag geconfronteerd worden – van logistieke uitdagingen over de snelle digitalisering tot een betere beveiliging – daar kennis zullen kunnen maken met een aantal Vlaamse bedrijven die in hun niche echt top zijn. Er moet dus ook een kruisbestuiving komen tussen de startup-scène en de grotere Vlaamse bedrijven.

Jurgen Ingels: We zullen daar overigens ook met een gigantische bar kunnen uitpakken, en dat moet echt dé plaats worden om deals af te sluiten.


SuperNova in (voorlopige) cijfers

  • 175 startups & scale-ups en fondsen die elkaar kunnen ontmoeten in Meet the Portfolio
  • 50 startup pitches voor meer dan honderd VC’s van over heel de wereld
  • 30 keynotes + 40 interactieve sessies
  • AI matchmaking om zeker goed te kunnen connecteren
  • Café Connect, 40 meter toog om te netwerken

Dit wordt een event van een schaalgrootte en met een insteek die we de voorbije jaren in Vlaanderen nooit eerder zagen?

Leen Anthuenis: Dat lijkt me wel. Op het einde van de rit hangt het succes van dit soort conferenties natuurlijk grotendeels af van de mensen die je effectief hebt kunnen ontmoeten en van de kwaliteit van die contacten. Met het oog daarop zetten we bijvoorbeeld ook zwaar in op AI-technologie. Die moet voor een zo goed mogelijke match zorgen tussen enerzijds een VC en anderzijds een ondernemer. Dankzij onze eigen kennis van het Vlaamse start- en scale-up-landschap kunnen we daar ook nog eens een persoonlijke toets aan toevoegen. We hebben de VC’s ook allemaal persoonlijk uitgenodigd, ook hen kennen we dus bijzonder goed.

Wanneer zal dit event voor jullie geslaagd zijn?

Jurgen Ingels: We mikken vandaag op 60 tot 100 VC’s van over de hele wereld, dat zou in mijn ogen echt een groot succes zijn. Daarop kunnen we dan hopelijk voortbouwen om dit jaarlijks of tweejaarlijks te herhalen en van SuperNova een conferentie met internationale allure te maken. Tegelijk hoop ik natuurlijk dat we binnen 1 à 2 jaar opnieuw een flinke stijging zullen zien in het aantal Vlaamse bedrijven dat geld heeft opgehaald, dankzij contacten die op SuperNova gelegd zijn.

Leen Anthuenis: Inderdaad, één groot Vlaams event waarop onze bedrijven voortaan kunnen mikken om contacten te leggen en vers kapitaal op te halen, dat moet onze betrachting zijn.